<15%
>27%
1
3
2
4
3
3
1
30 cm
30 cm
30 cm
30 cm
30 cm
5 cm
30 cm
30 cm
> 135 cm
< 135 cm
< 135 cm
0 2 4
86
Voorbereiding van de installatie
Ter verzekering dat alle installatiestappen met succes worden voltooid, bevelen
we u als voorbereiding aan de laatste pagina van het boekje te gebruiken voor
het schetsen van het gazongebied.
Voorbeeld:
Type A: één gazon.
Één enkel gazongedeelte waar nauwe doorgangen ten minste 135 cm breed zijn.
Type B: meerdere gazongedeeltes.
Uw gazon is verdeeld in verschillende gazongedeeltes gescheiden middels doorgangen van minder dan 135 cm of
gescheiden door afstapjes of kiezel waar de maaier niet over- en doorheen kan.
Alle gazongedeeltes kunnen met één begrenzingsdraad worden verbonden. Extra gazongedeeltes mogen niet groter zijn
dan 40 m² (XS), 45 m² (S/S+) of 50 m² (M/M+).
Het basisstation wordt in het hoofdgedeelte geplaatst. U moet de maaier van het ene gedeelte naar het andere dragen.
Uw Indego zal in een willekeurig maaipatroon over het extra gedeelte navigeren. Gedeeltes met een basisstation worden
m.b.v. de functie LogiCut Intelligent Cutting in parallelle banen gemaaid.
Type C: gescheiden gazongebied.
Uw tuin is onderverdeeld in 2 of 3 gescheiden gazongebieden (bijv. voor- en achtertuin).
Als uw gazons niet met één begrenzingsdraad kunnen worden verbonden of als het extra gazongedeelte groter is dan 40m²
(XS), 45m² (S/S +) of 50m² (M/M +) heeft u voor elk gazongedeelte een extra basisstation nodig.
U zult de maaier van één gebied naar een ander moeten dragen.
1. Leg de plaats van het stopcontact vast en
markeer deze.
2. Beslis waar u het basisstation wilt plaatsen
(dichtbij het stopcontact).
3.
Leg alle objecten vast die van het maaigebied
moeten worden uitgesloten, zoals bomen,
bloembedden, vijvers, hellingen van meer dan
27%, en markeer deze. Deze moeten tijdens de
installatie met de begrenzingsdraad worden uit
gesloten.
4.
Leg eventuele nauwe doorgangen van minder
dan 135 cm vast en markeer deze.
NL
7574
To Next Page
Loading...
