43
Stansen en inbinden met plastic inbindspi-
ralen
1. Voorbereiding
• De papieraanslag B instellen op het gebruikte papierformaat.
• De vereiste inbindspiraaldiameter bepalen: de in te binden vellen
(inclusief dekblad en achterblad) tegen meethulp H houden en de
inbindspiraaldiameter aezen.
U kunt hiervoor ook de tabel op pagina 41 gebruiken.
• De stansdiepte F instellen overeenkomstig de inbindspiraaldia-
meter.
2. Inbindspiraal plaatsen en openen
• De plastic inbindspiraal met de te openen zijde naar boven in in-
bindmechanisme G leggen.
• De inbindhendel I zo ver naar voren trekken, tot de inbindspiraal
ver genoeg geopend is om de vellen er gemakkelijk in te kunnen
plaatsen.
3. Stansen
Tip: Probeer het stansresultaat eerst uit met een leeg vel papier voordat u
het origineel stanst.
Voorzichtig! Om beschadigingen van het stansmechanisme te
voorkomen, moeten alle metalen delen (nietjes enz.) uit de vel-
len worden verwijderd. Niet meer dan 25 vel 80-grams-papier of
twee plastic folies à 0,2 mm tegelijkertijd stansen. Het reservoir
voor stansafval regelmatig leegmaken.
Voorzichtig! Beknellingsgevaar voor vingers/handen. De hendel
met beide handen in het midden van de greep beetpakken. Houd
andere personen uit de buurt van het apparaat bij het stansen.
• De vellen in de achterste schacht D plaatsen.
• De stanshendel E helemaal naar beneden trekken.
• De hendel weer omhoog drukken en de gestanste vellen eruit
nemen.
4. Gestanste vellen plaatsen
• De gestanste vellen in de geopende inbindspiraal leggen.
U kunt nu alle andere vellen stansen (stap 3) en in de inbindspiraal leggen.
5. Ingebonden document uitnemen
• De inbindhendel I naar achteren drukken om de inbindspiraal te
sluiten.
• Het ingebonden document uitnemen.
2
3
4
5
1