PROBLEMEN OPLOSSEN
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Luidruchtige werking. 1. Onjuiste riemspanning.
2. Rotatiespil is droog.
3. Spilpoelie zit los.
4. Motorpoelie zit los.
1. Pas de spanning aan. Zie de paragraaf
"Riemspanning".
2. Smeer de rotatiespil. Zie de paragraaf
"Smering".
3. Controleer de nauwsluitendheid van de
borgmoer op de poelie en draai hem indien
nodig aan.
4. Draai de stelschroef in de motorpoelie aan.
De boor brandt. 1. Onjuiste snelheid.
2. De spaanders komen niet uit
het gat.
3. De boor is stomp.
4. U voert de boor te traag.
5. Niet gesmeerd.
1. Wijzig de snelheid. Zie de paragraaf
"Snelheden en plaatsing van de riem
wijzigen".
2. Trek de boor regelmatig terug om de
spaanders te verwijderen.
3. Slijp de boor of vervang het met een nieuwe.
4. Voer de boor snel genoeg - laat de boor het
werk doen.
5. Smeer de boor. Zie de paragraaf "Invoer".
Uitloop van de boorpunt
- geboord gat is niet
rond.
1. Harde nerf in het hout of de
snijroutes en/of hoeken zijn
niet gelijk.
2. De boor is verbogen.
1. Slijp de boor correct.
2. Vervang de boor.
Houtsplinters aan de
onderzijde.
1. Geen
ondersteuningsmateriaal
onder het werkstuk.
1. Gebruik ondersteuningsmateriaal. Zie de
paragraaf "Gebruik".
Werkstuk wordt uit uw
hand getrokken.
1. Het werkstuk wordt niet
ondersteund of is niet goed
vastgeklemd.
1. Ondersteun het werkstuk of klem het vast.
Zie de paragraaf "Gebruik".
De boor loopt vast in het
werkstuk.
1. Het werkstuk knijpt de boor af
of drukt de boor te hard aan.
2. Onjuiste riemspanning.
1. Ondersteun het werkstuk of klem het vast.
Zie de paragraaf "Gebruik".
2. Stel de spanning af. Zie de paragraaf
"Riemspanning".
Teveel speling van de
boor of wiebelen.
1. De boor is verbogen.
2. Lagers Lagers zijn versleten.
3. Boor is niet goed in de
boorkop geplaatst.
4. Boorkop niet goed
gemonteerd.
1. Gebruik een rechte boor.
2. Vervang de lagers.
3. Monteer de boor correct. Zie de paragraaf
"Gebruik" and "Montage en aanpassingen".
4. Monteer de boorkop correct. Zie de
paragraaf "Monteren van de boorkop".
De trekveer gaat te
langzaam of te snel
terug.
1. De springveer heeft de
verkeerde spanning.
1. Pas de veerspanning aan. Zie de paragraaf
"Terugtrekveer".
De boorkop blijft niet aan
de rotatiespil bevestigd.
Het valt er af wanneer
u het probeert de
plaatsen.
1. Vuil, vet of olie op het
tapse binnenoppervlak
van de boorkop of op het
tapse oppervlak van de
rotatiespindel.
1. Gebruik een reinigingsmiddel dat niet op
alcohol is gebaseerd en reinig het tapse
oppervlak van de boorkop en de rotatiespil
op alle vuil, vet en olie te verwijderen. Zie de
paragraaf "Monteren van de boorkop".
94
Vertaling van de originele instructies