10 Grasmaaier controleren
10.1 Bedieningsorganen controleren
Schakelbeugel voor maaiwerk en schakelbeugel
voor wielaandrijving
► Schakel de motor uit.
► Trek de schakelbeugel voor maaiwerk en de
schakelbeugel voor wielaandrijving volledig in
de richting van de duwstang en laat ze weer
los.
► Als de schakelbeugel voor maaiwerk of de
schakelbeugel voor wielaandrijving moeilijk
beweegt of niet in de uitgangspositie terug‐
veert: gebruik de grasmaaier niet en neem
contact op met een STIHL vakhandelaar.
De schakelbeugel voor maaiwerk of de scha‐
kelbeugel voor wielaandrijving is defect.
10.2 Mes controleren
► Schakel de motor uit.
► Trek de bougiestekker los.
►
Zet de grasmaaier rechtop, 15.1.
► Meet het volgende:
–
Dikte a
–
Breedte b
–
Slijphoek c
► Als de minimumdikte of de minimumbreedte is
onderschreden: mes vervangen,
19.2.
► Als de slijphoek niet is aangehouden: mes slij‐
pen, 19.2.
► Als er onduidelijkheid bestaat: neem contact
op met een STIHL vakhandelaar.
11 Met de grasmaaier werken
11.1 Grasmaaier vasthouden en lei‐
den
► Houd de duwstang met beide handen zodanig
vast dat de duimen de duwstang omsluiten.
11.2 Snijhoogte instellen
Er kunnen 4 snijhoogtes worden ingesteld:
–
30 mm = stand 1
–
50 mm = stand 2
–
70 mm = stand 3
–
85 mm = stand 4
De snijhoogte wordt achter en voor afzonderlijk
ingesteld. De instelling van de snijhoogte moet
achter en voor hetzelfde zijn.
Snijhoogte achter instellen
► Schakel de motor uit.
Het mes mag niet draaien.
► Plaats de grasmaaier op een vlakke onder‐
grond.
► Druk de achteras naar beneden.
De achteras is losgemaakt en kan worden ver‐
steld.
► Zet de achteras links en rechts in de gewenste
positie.
Snijhoogte voor instellen
► Schakel de motor uit.
Het mes mag niet draaien.
► Plaats de grasmaaier op een vlakke onder‐
grond.
Nederlands 10 Grasmaaier controleren
218 0478-111-9945-A