31
NEDERLANDS
3 Transport en
opslag
De pomp moet
orden beschermd
tegen vocht en mechanische
beschadiging door stoten en sla-
gen.
De pompen mogen niet worden
gebruikt bij temperaturen buiten
het gebied van -30 °C tot +70 °C.
4 Omschrijving van
product en toe-
behoren
4.1 Beschrijving van de pomp
(afb. 1)
De circulatiepomp is met een nat-
lopende motor uitgerust. Op de
pompmotor bevindt zich een elek-
tronische regelmodule (afb. 1, pos.
1), die het drukverschil over de po-
mp regelt op een instelbare waar-
de tussen 0,5 en 3,0 m / 1 en 5 m.
Daardoor past de pomp zich voort-
durend aan de wisselende capaci-
teitsbehoefte van de installatie aan.
Vooral bij gebruik van thermostaat-
kranen is dit noodzakelijk.
De belangrijkste voordelen zijn :
OPGELET!
– Besparing van een overstortven-
tiel,
– Energiebesparing
– Vermindering van stromingsge-
luiden.
Regelingswijzen:
Verschildruk variabel (∆p-v):
De gewenste verschildrukinstel-
waarde wordt over het toelaatbare
bereik van de opvoerstroom lineair
tussen | H en H verhoogd. De
door de pomp gerealiseerde ver-
schildruk wordt geregeld op de
gewenste verschildrukinstelwaarde
(afb. 2).
.
Terugregelautomaat (Autopilot)
In automatisch bedrijf volgt de
pomp automatisch de nachtin-
stelling van de verwarmingsinstal-
latie die gestuurd wordt door een
temperatursensor. De pomp scha-
kelt dan terug naar een minimaal
toerental. Zodra de verwarmings-
ketel aanslaat schakelt de pomp
naar de eerder ingestelde waarde.
De regelautomaat (Autopilot) kan
worden uitgeschakeld:
auto f automatisch bedrijf „aan“,
regelbedrijf op de ingestel-
de gewenste waarde, bij
verlaging/
nachtverlaging van de ketel
schakelt de pomp naar het
minimale toerental (voor
To Next Page
Loading...
Need help?
General
