AHT Cooling Systems GmbH
22.05.2018 13:53 Pagina 142
347163_0917_BA_ AC-COOLER_V8_06.09.2017_U_nlNL_CD.docx
De apparaten zijn in de fabriek
voorgeprogrammeerd.
Elk apparaat bevat een of meerdere hermetisch
gesloten koudemiddelcircuits, waarvan de
componenten permanent technisch afgesloten met
elkaar verbonden zijn.
De uitvoering van de afzonderlijke apparaatmodellen
kan variëren.
De in het apparaat ontstane overtollige warmte
wordt via een luchtcondensor aan de
omgevingslucht afgegeven.
Schappen kunnen worden vergroot of verkleind, of
anders geplaatst worden.
Apparaatmodellen met verschillende schappen: Het
diepste schap moet zich op de onderste positie
bevinden (zie → hoofdstuk 7).
Alle apparaten zijn met een luchtafvoerrooster
uitgerust (zie →hoofdstuk 10.1.1).
Het apparaat is met transportwielen uitgerust om het
verplaatsen (vooruit en terug) te vergemakkelijken.
Automatisch ontdooien
Alle apparaten beschikken over een automatische
ontdooiing. Tijdens het automatisch ontdooien
verschijnt op het display het led-pictogram " " (zie
→ hoofdstuk 4.2).
De frequentie, de duur en het moment van
ontdooiing zijn vooraf ingesteld. Het ontstane
dooiwater wordt uit de binnenruimte van het
apparaat naar verwarmde lekbakken geleid en daar
verdampt.
Lekkage van dooiwater. Gevaar voor
uitglijden.
►Controleer op plasvorming voor en
onder het apparaat.
►Weggelekt dooiwater moet direct
worden verwijderd.
Tijdens het ontdooiproces kan er een lichte
temperatuurstijging optreden.
Indien nodig kan een ontdooiing ook handmatig
worden gestart (zie → hoofdstuk 4.2.2).
Functie apparaatverlichting
De werking van de apparaatverlichting is aan het
nachtrolluik gekoppeld. De besturing vindt plaats
door middel van magneetschakelaars (niet
zichtbaar). Het nachtrolluik kan mechanisch
geopend en gesloten worden (zie → hoofdstuk
4.2.4).
Functie dagbedrijf:
Nachtrolluik open.
Apparaatverlichting automatisch aan
Functie nachtbedrijf:
Nachtrolluik gesloten
Apparaatverlichting automatisch uit
4 Bedienings- en weergave-
elementen
Temperatuuraanduiding
De temperatuur van het apparaat wordt in de fabriek
zo ingesteld dat de door de fabrikant opgegeven M-
pakket-temperatuurklasse (zie → hoofdstuk 2.2)
wordt aangehouden.
Weergave van de binnentemperatuur van het
apparaat:
Displayweergave bij het bedieningselement (zie
→ hoofdstuk 4.2, afb.1).
Controle van de binnentemperatuur:
Verantwoordelijkheid: Bedieningspersoneel
Frequentie: meerdere keren per dag
Bedieningselementen en
displayweergaves
Als bedieningselementen zijn 6 toetsen beschikbaar
die als volgt zijn toegewezen:
Afb.1: Bedieningselement en displayweergave
Handmatig
ontdooien starten
Gewenste waarde
weergeven of
wijzigen
Instelling gewenste
waarde
overnemen
Koelfunctie in- of
uitschakelen
Binnenverlichting in-
of uitschakelen
Instelling gewenste waarde
Gewenste waarde (ingestelde temperatuur)
weergeven:
[SET]-toets indrukken.
Gewenste waarde verlaten:
Displayweergave en
led-pictogrammen
To Next Page
Loading...
Need help?
General
