EasyManua.ls Logo

Behringer NEUTRON - Page 58

Behringer NEUTRON
92 pages
Go to English
To Next Page IconTo Next Page
To Next Page IconTo Next Page
To Previous Page IconTo Previous Page
To Previous Page IconTo Previous Page
Loading...
(NL) Stap 3: Aan de slag
NEUTRON Aan de slag
OVERZICHT
Deze ‘aan de slag’-gids helpt je bij het
installeren van de Neutron analoge
synthesizer en introduceert kort de
mogelijkheden ervan.
VERBINDING
Raadpleeg de aansluitgids op pagina
10 om de Neutron op uw systeem aan
te sluiten.
SOFTWARE-INSTELLING
De Neutron is een USB Class Compliant
MIDI-apparaat en daarom is er geen
stuurprogramma-installatie vereist.
APPARATUUR INSTALLATIE
Maak alle verbindingen in uw
systeem. Gebruik de MIDI-schakelaars
op het achterpaneel om de Neutron in
te stellen op een uniek MIDI-kanaal in
uw systeem. Sluit een extern MIDI-
toetsenbord rechtstreeks aan op de
Neutron MIDI IN 5-pins DIN-ingang
of MIDI via USB. Schakel de neutron
alleen in met de meegeleverde
voedingsadapter. Zorg ervoor dat
uw geluidssysteem is uitgeschakeld.
Zet de stroomschakelaar op het
achterpaneel van de Neutron aan.
OSCILLATOR-SECTIE
Elke oscillator heeft een
afstemregeling die een bereik van
ongeveer +/- 1 octaaf geeft in
8/16/32 modi of een bereik van 0,7Hz
tot meer dan 50 kHz wanneer alle
bereik-LED’s oplichten.
De OSC MIX-regelaar wordt gebruikt
om tussen de twee oscillatoren
te mengen om rijke harmonische
geluiden te creëren.
Pas de SHAPE-regelaar voor elke
oscillator aan om verschillende
golfvormen te selecteren.
De P.WIDTH heeft invloed op de eerste
twee golfvormen, TONE MOD en
SQUARE WAVE.
Wanneer OSC SYNC is geactiveerd,
volgt oscillator 1 de midi-noot en
biedt een referentie om de periode
van oscillator 2 te resetten.
Als de PARAPHONIC-schakelaar
is ingeschakeld, kunnen de twee
oscillatoren onafhankelijk van elkaar
worden gestemd als er meer dan
één MIDI-noot tegelijkertijd wordt
gespeeld. Als er maar één noot wordt
gespeeld, worden beide oscillatoren
op dezelfde toonhoogte aangestuurd.
De NOISE-regeling injecteert witte
ruis in het lter dat kan worden
gebruikt om een andere textuur
aan het geluid toe te voegen.
Ruis kan worden gebruikt om
percussiegeluiden en interessante
eecten te creëren.
VCA Bias wordt gebruikt om de VCA
te besturen. Het stelt de gebruiker in
staat om de VCA te ‘openen’ zonder
de envelop te activeren (bijv. Met een
MIDI-noot), waardoor audio continu
kan klinken.
FILTER GEDEELTE
De Neutron heeft een 12 dB-lter
met drie beschikbare modi:
hoogdoorlaatlter, banddoorlaatlter
en laagdoorlaatlter met
resonantiecontrole. De modusknop
doorloopt elke ltermodus.
De FREQ-regelaar stelt de
lterafsnijfrequentie in. Standaard
wordt de LFO gepatcht via de FILTER
DEPTH-regelaar. Dit maakt modulatie
van de lterfrequentie mogelijk met
behulp van de LFO.
De VCF heeft een tweede uitgang die
toegankelijk is vanuit de patch bay
(VCF 2). VCF 2-modus wordt bepaald
door de geselecteerde VCF-modus.
De relatie is:
Mode = , VCF2 =
Mode = , VCF2 =
Mode = , VCF2 =
Dit maakt extra ltermodi mogelijk.
Er kan bijvoorbeeld een notch-lter
worden gemaakt door VCF1 en VCF2
op te tellen wanneer de ltermodus
is ingesteld op door VCF 1 en VCF 2 op
te tellen en vervolgens de opgetelde
uitvoer in OD IN te patchen.
KEY TRACK past toetsenbord-
tracking toe op de VCF. Dit stelt de
lterafsnijfrequentie in op basis
van de laatst ontvangen midi-
noot. De basis afsnijfrequentie
wordt ingesteld met behulp van de
FREQ-regelaar, waarbij midi-noten
de afsnijfrequentie verhogen ten
opzichte van de noot die wordt
gespeeld. Bovendien zorgt dit
ervoor dat het lter als een oscillator
kan worden bespeeld wanneer
de resonantieregeling omhoog
wordtgedraaid.
58
NEUTRON

Other manuals for Behringer NEUTRON

Related product manuals