82
ONDERHOUDSINTERVAL HANDELING
Maandelijks • De vernevelaar reinigen.
Normaal gesproken is het voor de reiniging voldoende dat u met
de meegeleverde naald (37) de opening van de vernevelaar (36)
schoonmaakt. Als dit niet voldoende is, vervang de vernevelaar. Wend u voor
reserveonderdelen tot een erkend servicecentrum. De vernevelaar kunt u
vervangen met een sleutel 14 mm (niet meegeleverd).
• Het lter op de reinigingsmiddel (24) reinigen.
Normaal gesproken is het voor het reinigen van het lter voldoende dat u
het onder stromend water schoon spoelt of met perslucht schoon blaast.
Bij hardnekkig vuil antikalkmiddel gebruiken of het lter vervangen. Wend
u voor reserveonderdelen tot een erkend servicecentrum.
NB: het lter op de aanzuiging van reinigingsmiddel dat in afbeelding 25 is
afgebeeld is identiek aan het lter in de tank (40), en is op de doseerdop(39)
aangesloten.
BUITENGEWOON ONDERHOUD
Het buitengewone onderhoud mag uitsluitend aan de hand van de onderstaande tabel (indicatieve
gegevens) worden verricht door een Gespecialiseerd Technicus.
ONDERHOUDSINTERVAL HANDELING
Elke 200 uur • Het hydraulische (water) circuit van
de pomp controleren.
• De bevestiging van de pomp
controleren.
Elke 500 uur • De olie in de pomp verversen.
• De kleppen voor de aanzuiging/
toevoer van de pomp controleren.
• De bevestiging van de schroeven van
de pomp controleren.
• De regelklep van de pomp
controleren.
• De veiligheidsinrichtingen
controleren.
STORINGEN, OORZAKEN EN OPLOSSINGEN
STORINGEN OORZAKEN OPLOSSINGEN
De hogedrukreiniger
functioneert niet als de
hoofdschakelaar (1) op "1"
wordt geplaatst.
De veiligheidsinrichting van de
installatie waar de hogedrukreiniger
op is aangesloten heeft ingegrepen
(zekering, differentieelschakelaar,
enz.).
Herstel de veiligheidsinrichting.
De hogedrukreiniger niet gebruiken als de
veiligheidsinrichting wederom ingrijpt en
contact opnemen met een Gespecialiseerd
Technicus.
Stekker verkeerd in het stopcontact
gestoken.
Haal de stekker uit het stopcontact en steek
hem er juist in.
De hogedrukreiniger trilt
veel en maakt veel geluid.
Filter op watertoevoer (30) vuil. Neem de aanwijzingen in acht van de paragraaf
“NORMAAL ONDERHOUD”
.
Luchtaanzuiging. Controleren of het aanzuigcircuit heel is.
Onvoldoende watertoevoer of het
water wordt op een te grote diepte
aangezogen.
Controleren of het kraantje helemaal geopend
is en of het debiet van het waterleidingnet
of de pompdiepte overeenstemmen met de
gegevens van de paragraaf
“FUNCTIONERING
VOORBEREIDENDE HANDELINGEN”
afB.
6 -
HandEling M.
(wordt vervolgd op de volgende pagina)