Dometic Smart D aansluiten en monteren Dometic Smart D
154
2 X1 – X6 Analoge uitgangen voor de aansluiting van tot zes
toestellen
(X1 – X4: Kabeldiameter ≥ 1,5 mm²)
(X5 – X6: Kabeldiameter ≥ 2,5 mm²)
X1 – X4: max. 6 A
X5 – X6: max. 18 A
Door de permanente stroombewaking van alle uitgan-
gen worden deze bij kortsluiting uitgeschakeld.
De afzonderlijke uitgangen zijn met een voorge-
definieerde stroomdrempel geprogrammeerd zodat ze
worden gescheiden, als de geprogrammeerde stroom
wordt overschreden. Bovendien kan voor dit geval een
alarm worden geactiveerd.
Om de uitgangen waaraan de overstroom is opge-
treden terug te zetten, moet het systeem door bedienen
van de aan/uit-toets (afb. a 1, pagina 8) worden uitge-
schakeld.
De uitgangen X1 tot X5 werken zowel digitaal als ana-
loog met pulsduurmodulatie (PWM = Pulse Width
Modulation).
Uitgang X6 werkt analoog.
3 CI Aansluiting op de CI-bus
(kabeldiameter 0,5–1mm²)
4 X11 – X16 Ingangen
(kabeldiameter 0,5–1mm²)
X11 – X15: digitaal
X16: digitaal en analoog
Het digitale signaal heeft een negatieve logica (bij aan-
sluiting op minus wordt een logisch WAAR gegene-
reerd). Als de ingangen met een positief signaal
moeten worden geschakeld, moet hiervoor een
omvormer-relais worden gebruikt!
Pos. in
afb. 9,
pagina 7
Omschrijving Verklaring