4
Accu laden
8. Het laadapparaat schakelt over op „Eindladen“ wanneer de accu voor 80 - 85 % is
geladen
De accu is te allen tijde gereed voor gebruik.
LED-aanduiding „Accu laden / externe voeding“ brandt
2. Stel de keuzeschakelaar (Activa Classic) in overeenkomstig het accutype.
Om het laadproces te starten, gaat u als volgt te werk:
7. Laadapparaat start met het laadproces
1.
6.
Laadapparaat van het elektriciteitsnet loskoppelen
Eindladen
Aanduiding „Eind-/ serviceladen“ knippert
Belangrijk! Afhankelijk van het type accu schakelt het laadapparaat na ca. 6 uur auto-
matisch over op serviceladen. Om de accu volledig te laden moet de accu al die tijd op
het laadapparaat blijven aangesloten.
3. Motor afzetten, contact uitschakelen, alle stroomverbruikers uitschakelen
4. Laadklem (+) op de pluspool (rood) van de accu aansluiten
5. Laadklem (-) op de minpool (zwart) van de accu, of bij boordnetten met de carros-
serie (bijv. het motorblok) aansluiten.
WAARSCHUWING! Explosiegevaar door onjuiste spanningskeuze. Contro-
leer, voordat met het laadproces wordt begonnen, of de instelling van de
keuzeschakelaar „Spanning en stroom“ (Acctiva Classic) overeenstemt met
het op te laden accutype. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die
wordt veroorzaakt door een onjuiste instelling van de keuzeschakelaar.
Serviceladen
Het apparaat schakelt automatisch over op serviceladen, zodra de accu
volledig is geladen.
Aanduiding „Eind-/ serviceladen“ brandt
Bij de serviceladen wordt de zelfontlading van de accu tegengegaan. De accu is continu
gereed voor gebruik en kan naar believen op het laadapparaat blijven aangesloten.
Laadproces
beëindigen
Laadproces als volgt beëindigen:
2. (-) Laadklem van de massapool van de accu of bij boordnetten van auto’s van de
carrosserie (bijv. het motorblok) loskoppelen
3. (+) Laadklem van de accu loskoppelen
1.
Laadapparaat van het elektriciteitsnet loskoppelen
To Next Page
Loading...
