Zwembad- en spaverwarmingsapparaat MASTERTEMP
™
P/N 475106 Rev. D 1/2016
36 | Hoofdstuk 4. Onderhoudsaanwijzingen
CHEMISCH EVENWICHT, (vervolg)
Het is verstandig het zwembadwater regelmatig te testen. Zorg dat de residuele concentratie van chloor nooit lager is dan
0,6 ppm (deeltjes per miljoen). Het minimumgehalte voor een effectieve residuele concentratie van chloor en broom is 1,4 ppm.
pH - De term pH verwijst naar het zuur-base-evenwicht van water uitgedrukt in een numerieke waarde van 0 tot 14. Een testset voor
het meten van de pH-waarde van uw zwembadwater is verkrijgbaar bij uw lokale leverancier van zwembadbenodigdheden; zie tabel 6.
Zoutzuur heeft een pH van ca. 0. Zuiver water is 7 (neutraal). Een zwakke loogoplossing heeft een pH van 13-14.
REGEL: 7,4 tot 7,6 is het gewenste bereik voor de pH-waarde Het is belangrijk de correcte pH-waarde te handhaven, zie tabel 6.
AlsdepH-waardetehoogwordt(tenopzichtvandealkaliteit)heeftdatdevolgende
effecten tot gevolg:
1. Het chloor is veel minder goed in staat bacteriën en algen te doden.
2. Het water wordt troebel.
3. Grotere kans op aanslag op het pleisterwerk van het zwembad en in de buizen van de warmtewisselaar.
4. Filterelementen kunnen verstopt raken.
AlsdepH-waardetelaagis(tenopzichtevandezuurtegraad)kunnendevolgendeeffectenoptreden:
1. Overmatig last van brandende ogen en huidirritatie.
2. Aantasting van het pleisterwerk door etsend effect.
3. Corrosie aan metalen delen in de lter- en circulatiesystemen die bruine, blauwe, groene of soms bijna zwarte vlekken in het
pleisterwerk kan veroorzaken.
4. Corrosie aan de koperen buizen in het apparaat die tot lekken kan leiden.
5. Als u over een zand- en grindlter beschikt, kan de aluin, die hierbij gebruikt wordt, oplossen en de lter passeren.
LET OP: test het zwemwater niet op pH wanneer de residuele chloorconcentratie 3,0 ppm of meer bedraagt
of wanneer de residuele broomconcentratie 6,0 ppm of meer bedraagt. Vraag uw plaatselijke leverancier van
zwembadbenodigdheden om advies voor het handhaven van het chemisch evenwicht van het zwembadwater.
REGEL: zure chemicaliën verlagen de pH. Alkalische chemicaliën verhogen de pH.
ALKALITEIThoogoflaag:
De “totale alkaliteit” is een maatstaf voor de totale hoeveelheid alkalische chemicaliën in het water en bepaalt in grote mate de pH.
(Dat is niet hetzelfde als de pH die het relatieve evenwicht tussen alkaliteit/zuurtegraad aangeeft.) De totale alkaliteit van het water
in uw zwembad dient tussen 100 - 140 ppm te liggen voor een betere beheersing van de pH.
Met een goede testset kunt u de totale alkaliteit eenvoudig bepalen. U dient het water ongeveer wekelijks te testen en aan de hand
van het testresultaat de juiste aanpassingen te doen tot de totale alkaliteit binnen het hierboven genoemde bereik ligt. Daarna kunt u
de testfrequentie verlagen tot een keer per maand. Vraag uw plaatselijke leverancier van zwembadbenodigdheden om advies voor
het handhaven van het chemisch evenwicht van het zwembadwater.
PARAMETERS CHEMISCHE WATERSAMENSTELLING
Gehaltesaanontsmettingsmiddelen Minimum Ideaal Maximum
Vrije chloor, ppm 1,0 2,0-4,0 5,0
Gebonden chloor, ppm Geen Geen 0,2
Broom, ppm 2,0 4-6 10,0
Andere ontsmettingsmiddelen Gehaltes niet vastgesteld. Neem vóór gebruik contact
op met plaatselijke gezondheidsinstanties.
Chemischewaarden
pH 7,2 7,4-7,6 7,8
Totale alkaliteit 60 80-100 180
Als CaCO3
Zout 2.000 3.200 5.000**
Totaal opgeloste vaste stoffen, ppm NVT NVT 1.500 ppm > TVS bij opstarten*
Calciumhardheid, ppm, als CaCO3 150 200-400 500-1.000
Zware metalen Geen Geen Geen
Biologischewaarden
Algen Geen Geen Geen
Bacteriën Geen Geen Raadpleeg plaatselijk
geldende voorschriften
OPMERKING: het niet in acht nemen van de parameters voor de chemische samenstelling van het (zwembad)
water kan leiden tot defecten aan het apparaat en doet de garantie vervallen.
*TVS (totaal opgeloste vaste stoffen) bij opstarten omvat TVS van het aangevoerde water en eventuele andere anorganische
zouten toegevoegd bij het opstarten.
Tabel 6.