Pentair Sta-Rite WATERPRESS INOX Series - Page 41

39
NL
ELEKTRISCHE AANSLUITING
HOOFDSTUK 4
De man die verantwoordelk is voor de installatie moet nagaan of de elektrische voedingsinstallatie voorzien is
van een doeltreffende grondaarding volgens de geldende normatieven.
Het is nodig na te gaan of de elektrische voedingsinstallatie voorzien is van een differentiele schakelaar met
hoge gevoeligheid Δ =30 mA (DIN VDE 0100T739).
Nagaan of de spanning en de frekwentie, zie plaatje, overeenkomen met die van het beschikbare voedingsnet.
De montage van zowel de aanzuig- als van de uitgaande leiding moet met de maximale zorg worden uitgevoerd. Controleer
dat alle schroefaansluitingen hermetisch dicht zn. Wel moet men een te hoge belasting voorkomen tdens het aandraaien
van de schroefaansluitingen of van andere componenten. Gebruik een Teonband voor het hermetisch sluiten van de
aansluitstukke
GEVAAR - RISICO VOOR ELECTRISCHE SCHOKKEN
GEVAAR - RISICO VOOR ELECTRISCHE SCHOKKEN
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
• Gebruik een aanzuigleiding (2) van
gelke diameter als die van de
aanzuigopening van de electrische
pomp (1)
• In het geval dat de hoogte (HA) de 4
meter overtreft, moet men een buis
met grotere doorsnede gebruiken.
• De aanvoerleidingen moeten
luchtdicht zn
• Ze mogen ook geen zwanehalzen en/
of naar beneden hellende stukken
hebben: deze kunnen de vorming van
luchtzakken bevorderen waardoor de
electrische pomp niet meer goed kan
werken
• Aan het onderste uiteinde van deze
leiding moet een klep (3) met lter (4)
worden gemonteerd, ongeveer een
halve meter onder het niveau van de te
pompen vloeistof (HI)
• Om drukverval te voorkomen moet
men voor de uitgaande leiding een
diameter kiezen die gelk aan of groter
dan de aansluiting (5) op de pomp is
• Aangeraden wordt om direct op de
uitgang een antiterugloopklep (6) te
monteren, om schade ten gevolge van
"terugslag" te voorkomen
• Na deze antiterugloopklep is het goed
om ook een afsluitklep (7) te monteren,
hierdoor worden onderhoudsingrepen
gemakkelker
• De leidingen moeten zodanig worden
gemonteerd, dat eventuele trillingen,
spanningen en gewichten niet b de
pomp komen
• De leidingen moeten de korst mogelk
weg volgen, zonder teveel bochte
• Controleer tenslotte dat de motor
in een geventileerde omgeving is
geïnstalleerd
• In het geval van vaste installaties raadt
men aan om de electrische pomp op
het steunoppervlak te bevestigen,
de installatie met een exibel stuk
slang aan te sluiten en tussen het
steunoppervlak en de pomp een laag
rubber (of ander trillingsdempend
materiaal) te steken, om de trillingen te
verminderen
• De plaats van installatie moet stabiel
en droog zn
• Controleren dat de motor goed
geventileerd is
• B vaste montage moet men de
electrische aansluiting zodanig maken
dat de steker gemakkelk te zien en
eruit te trekken is
BESCHERMING TEGEN OVERBELASTING
Voor continu gebruik in zwembaden, tuinvvers of dergelke plaatsen moet men de electrische pomp op een stabiele steun bevestigen.
Bovendien is het gebruik in zwembaden, tuinvvers of dat soort plaatsen uitsluitend toegestaan indien er geen personen in contact
staan met het water en indien de electrische installatie is voorzien van een beschermende aardlekschakelaar.
Bovendien moet de pomp zodanig stabiel worden gemonteerd dat voorkomen kan worden dat deze valt. Bovendien moet de pomp niet
onder water kunnen lopen. Men wordt verzocht om zich te wenden tot een gespecialiseerde electriciën.
• De AUTOCLAAFPOMPEN PENTAIR
hebben een ingebouwde thermische
motorbeveiliging
• In geval van overbelasting zal de pomp
tot stilstand komen
• Nadat de motor afgekoeld zal h
weer automatisch opstarten. (Voor
storingen, oorzaken en oplossingen:
zie storingzoeken, punt 3)
• Electrische voedingskabels en
verlengkabels mogen geen doorsnede
hebben onder H05 RN-F. De steker
en de aansluitingen moeten worden
beschermd tegen waterspetters