De dichtheidstest met perslucht
De dichtheidstest met perslucht
dient te worden uitgevoerd, als
een langere stilstandtijd tussen de dichtheidstest en de inbedrijfstelling, met name
bij gemiddelde omgevingstemperaturen > 25 °C, te verwachten is, om mogelijke
bacteriegroei uit te sluiten;
de buisleiding tussen de dichtheidstest en de inbedrijfstelling, bijv. vanwege een
vorstperiode, niet volledig gevuld kan blijven;
de corrosiebestendigheid van een materiaal in een deels lege leiding in gevaar
De dichtheidstest met water
kan worden uitgevoerd, als
De dichtheidstest met water kan worden uitgevoerd, alsDe dichtheidstest met water
vanaf het tijdstip van de dichtheidstest tot de inbedrijfstelling van de drinkwater-
installatie regelmatig, uiterlijk na zeven dagen, een verversing van het water
gegarandeerd is. Aanvullend als
gegarandeerd is dat de huis- of bouwwateraansluiting gespoeld en daardoor
voor de aansluiting en het bedrijf vrijgegeven is;
het vullen van het leidingsysteem via hygiënisch onberispelijke componenten
tussen de dichtheidstest en de inbedrijfstelling de installatie volledig gevuld blijft
en een gedeeltelijke vulling kan worden vermeden.
Duitse drinkwaterverordening in de versie van 2 augustus 2013, § 11
wordt in de drinkwaterverordening in de versie van 2 augustus 2013
in § 11 ‘Zuiveringsstoffen en desinfectiemethoden’ bepaald dat voor de desinfectie
van drinkwater uitsluitend zuiveringsstoffen mogen worden gebruikt die in een lijst
van het Bundesministerium für Gesundheit zijn opgenomen. Deze lijst wordt samen-
gesteld door het Umweltbundesamt.
chnische regel – werkblad DVGW W 557 (A) oktober 2012 van de Deutscher
Verein des Gas- und Wasserfaches e.V. (DVGW)
moet de ‘Technische regel – werkblad DVGW W 557 (A) oktober
2012’ van de Deutscher Verein des Gas- und Wasserfaches e.V. (DVGW) met
verdere instructies voor de reiniging en desinfectie van drinkwaterinstallaties in acht
In hoofdstuk 6 ‘Reiniging’ wordt onder 6.1 ‘Algemeen, doel van de reiniging’ als volgt
voorgeschreven: “Bij een bestaande microbiële aantasting van de kwaliteit van het
drinkwater dient als eerste maatregel een reiniging te worden uitgevoerd. In deze
gevallen kan na de reiniging aanvullend een desinfectie van de installatie noodza-
In het hoofdstuk 6.3 ‘Reinigingsmethoden’ worden o.a. de in principe al uit de norm
EN 806-4 bekende spoelmethoden ‘spoelen met water’ en ‘spoelen met een
water-luchtmengsel’ beschreven. Zowel bij een nieuwe installatie als bij reparatie-
werkzaamheden kunnen verontreinigingen in het buizenstelsel terechtkomen en
bestaat eventueel zelf het risico van een microbacteriële besmetting. In het hoofd-
stuk 6.3.2.2 ‘Spoelen met een water-luchtmengsel’ wordt het volgende verklaard:
“Om in bestaande buisleidingen incrustaties, afzettingen of biofi lms te verwijderen,
is spoelen met water en lucht noodzakelijk, om een sterkere reinigende werking te
bereiken. De ruimtevullende, turbulente stroming creëert lokaal hoge krachten voor
het mobiliseren van afzettingen. In vergelijking met het spoelen met water is de
benodigde waterhoeveelheid hierdoor aanzienlijk lager.”
In hoofdstuk 7 ‘Desinfectie’ worden de thermische en met name de chemische
desinfectie uitvoerig beschreven als een discontinue maatregel voor de decontami-
natie van een drinkwaterinstallatie. “De installatiedesinfectie mag principieel alleen
door gespecialiseerde bedrijven worden uitgevoerd.” In hoofdstuk 7.4.2 worden 3
beproefde desinfecterende chemicaliën, met name waterstofperoxide H
umhypochloriet NaOCl en chloordioxide ClO
, inclusief hun gebruiksconcentratie
en inwerktijd genoemd. Zo bedraagt bijv. de gebruiksconcentratie van waterstof-
/l en de inwerktijd 24 uur. In bijlage A wordt aanvullende
gedetailleerdere informatie over deze desinfecterende chemicaliën gegeven, bijv.
met betrekking tot de toepassing en arbeidsveiligheid. Bijlage B bevat gegevens
over de bestendigheid van verschillende materialen tegen de aanbevolen desinfec-
Informatieblad ‘Spoelen, desinfecteren en in gebruik nemen van drinkwate-
rinstallaties’ (augustus 2014) van het Duitse Zentralverband Sanitär Heizung
zijn in het informatieblad ‘Spoelen, desinfecteren en in gebruik nemen
van drinkwaterinstallaties’ (nieuwe versie van augustus 2014) van het Duitse Zentral-
verband Sanitär Heizung Klima (ZVSHK) de oorspronkelijk vastgelegde, omvattende
methoden voor het spoelen en desinfecteren van drinkwaterinstallaties beschreven.
Deze worden grotendeels bevestigd door EN 806-4:2010 en door de technische
regel – werkblad DVGW W 557 (A) oktober 2012 van de Deutscher Verein des
Gas- und Wasserfaches e.V. (DVGW). Met name worden aanvullend chemische
desinfecterende middelen behandeld en wordt de thermische desinfectie beschreven.
Technische regels voor gasinstallaties
Europese norm EN 1775:2007 ‘Gasvoorziening – Gasleidingen in gebouwen’
Deze Europese norm EN 1775:2007 ‘Gasvoorziening – Gasleidingen in gebouwen’
schrijft onder 6 ‘Test’ 6.1.1: “Nieuwe leidingen of bestaande leidingen waaraan
werkzaamheden zoals in 8.5 beschreven, werden uitgevoerd, mogen alleen in
gebruik of weer in gebruik worden genomen, indien de voorgeschreven testen van
hoofdstuk 6 succesvol zijn uitgevoerd.” Als te gebruiken testmedium wordt vooral
lucht aanbevolen. Er wordt een sterkteproef als functie van de maximaal toelaatbare
bedrijfsdruk MOP en vervolgens een dichtheidstest vereist. “De toegepaste dicht-
– ten minste gelijk aan de bedrijfsdruk;
– gewoonlijk niet hoger dan 150 % van de MOP, voor zover de MOP boven de
“Voor leidingen met een MOP ≤ 0,1 bar mag de dichtheidstestdruk niet > 150 mbar
De gebruikers van deze Europese norm dienen zich ervan bewust te zijn dat in de
CEN-lidstaten gedetailleerde nationale normen en/of technische regels kunnen
bestaan. Indien tegenstrijdigheden optreden doordat de nationale wetten/regelingen
restrictievere eisen stellen dan deze norm, dan hebben de nationale wetten/regelingen
voorrang, zoals toegelicht in het technische rapport CEN/TR 13737.
Technische regel – werkblad G 600 april 2008 (DVGW-TRGI 2008) van de
Deutsche Vereinigung des Gas- und Wasserfaches (DVGW)
Voor Duitsland moet de technische regel – werkblad G 600 april 2008 (DVGW-TRGI
2008) ‘Technische regel voor gasinstallaties’ van de Deutsche Vereinigung des
Gas- und Wasserfaches (DVGW) in acht worden genomen.
In hoofdstuk 5.6.2 ‘Veiligheidsmaatregelen tijdens de testen’ wordt vastgelegd: “De
max. testdruk mag de waarde van 3 bar niet overschrijden.” Volgens hoofdstuk 5.6.3
mogen de testen naar keuze met perslucht worden uitgevoerd. Volgens hoofdstuk
5.6.4 geldt: “Leidingen met een bedrijfsdruk tot en met 100 mbar zijn onderhevig
c) Bruikbaarheidstest bij installaties die in gebruik zijn.”
De bruikbaarheidstest kan met REMS Multi-Push niet worden uitgevoerd.
Regel van de Duitse ongevallenverzekering ‘Gebruik van werkmiddelen’, BGR
500, april 2008, hfst. 2.31, werkzaamheden aan gasleidingen
Voor Duitsland moet deze BG-regel van de Duitse wettelijke ongevallenverzekering
REMS Multi-Push SL / SLW, elektronische spoel- en afpersunit met compressor
2 stuks zuig-/drukslang 1”, 1,5 m lang, met slangschroefverbindingen 1”, 1 stuk
persluchtslang 8 mm, 1,5 m lang, met snelkoppelingen NW 5, voor druktest
1 stuk hogedrukslang ½", 1,5 m lang, met slangschroefverbindingen ½", voor
druktest met water (REMS Multi-Push SLW)
Kappen en stoppen voor het afsluiten van de in- en uitgangen van REMS
Multi-Push en de slangen, om verontreinigingen tijdens transport en opslag te
lti-Push SL, elektronische spoel- en afpersunit,
druktest met perslucht, zonder toebehoren 115600
REMS Multi-Push SLW, elektronische spoel- en afpersunit,
ucht en water, zonder toebehoren 115601
REMS V-Jet TW, desinfectie-unit 115602
REMS V-Jet H, reinigings- en conserveringsunit 115612
Koffer met inlagen voor printer 115703
REMS CleanH, reiniger voor verwarmingssystemen 115607
REMS NoCor, corrosiebescherming voor verwarmingssystemen 115608
Teststaafjes 0 – 1000 mg/l H
Teststaafjes 0 – 50 mg/l H
Zuig-/drukslang 1", 1,5 m lang, met slang-
schroefverbindingen 1" 115633
Hogedrukslang ½", 1,5 m lang, met slang-
schroefverbindingen ½" 115634
Persluchtslang 8 mm, 1,5 m lang, met snelkoppelingen NW 5 115637
Verbindingsslang compressor-wateraansluitingen
met slangschroefverbinding 1" en snelkoppeling NW 7,2 115618
Persluchtslang voor persluchtgereedschap, 1,5 m lang,
met snelkoppelingen NW 7,2 115621
Fijnfi lter met inzetfi lter 90 µm 115609
Inzetfi jnfi lter 90 µm 043054
Kappen 1" met ketting (Multi-Push) 115619
Stoppen 1" met ketting (zuig-/drukslang) 115620
Stoppen ½" met ketting (Multi-Push) 115624
Kappen ½" met ketting (hoged
Manometer 6 MPa/60 bar /870 psi 115140
Manometer met fi jne schaalverdeling 1,6 MPa/16 bar/232 psi 115045
Manometer met fi jne schaalverdeling 250 hPa/250 bar/3,6 psi 047069
Opslagtemperatuur apparaat ≥ 5 °C
Watertemperatuur 5 °C – 35 °C
Omgevingstemperatuur 5 °C – 40 °C
Kleinste testvolume ca. 10 l
Bedrijfsdruk ≤ 0,8 MPa/8 bar/116 psi
Olieafscheidingspercentage olievrij
Zuigvermogen ≤ 230 Nl/min
Volume persluchtreservoir (fi g. 1 (35)) 4,9 l
Condens- en deeltjesfi lter 5 µm