4
16. Verwijder altijd de handhalters van de
t
rilplaat voordat u de trilplaat verplaatst.
17. Gebruik de trilplaat en de meegeleverde
handhalters alleen zoals beschreven in deze
handleiding.
1
8. Als u het stroomsnoer aansluit (zie pagina
14), dient u het stroomsnoer aan te sluiten
op een geaard circuit. Een ander apparaat
mag niet op hetzelfde circuit worden
aangesloten.
19. Als u een verlengsnoer nodig heeft, gebruik
dan alleen een 3-aansluiting, 1 mm
2
(maat
14) snoer dan niet langer is dan 1,5 meter.
20. Houd het stroomsnoer uit de buur van ver-
w
armde oppervlakken.
21. Laat de trilplaat nooit onbeheerd achter als
deze in werking is. Haal de stekker altijd uit
het stopcontact en zet de schakelaar op uit
als de trilplaat niet wordt gebruikt. (Zie de
t
ekening op pagina 5 voor de locatie van de
schakelaar.)
22.
GEVAAR: haal de stekker altijd uit
het stopcontact als de trilplaat niet wordt
gebruikt of voor aanvang van het reinigen
van de trilplaat. Onderhoud, anders dan de
procedures in deze handleiding moeten uit-
sluitend worden uitgevoerd door een erk-
ende onderhoudsvertegenwoordiger.