58
NL
12. U de verbindingsschroef18 door de
twee boringen duwt en de moer17
aan de achterzijde losdraait. Er daarbij
op let dat de randen van de twee be-
schermroosters1 en5 precies over el-
kaar liggen.
13. Klap de klepverbinding op het voorste
beschermrooster1 zo dicht dat de twee
beschermroosters1 en5 aan elkaar
vastzitten.
6. Voorbereiding
6.1 Apparaat plaatsen
Zet het apparaat op een geschikte plaats.
Deze plaats moet aan de veiligheidsinstruc-
ties voldoen (zie “Veiligheidsinstructies” op
pagina 52). Let erop dat het apparaat ste-
vig staat.
6.2 Hoogte verstellen
1. Schroef de beveiligingsring12 een be-
etje los (tegen de wijzers van de klok
in).
2. Trek de binnenste stang11 uit de
stang13 of duw hem er verder in, tot
de gewenste hoogte bereikt is.
3. Schroef de beveiligingsring12 weer
vast (met de wijzers van de klok mee).
6.3 Richting van de ventila-
tor instellen
De richting van de ventilator kan in standen
versteld worden. Kantel daarvoor de ventila-
toraandrijving7 in de gewenste hoek.
6.4 Apparaat aansluiten
Steek de stekker9 in een stopcontact dat
voldoet aan de technische gegevens. U
hoort een geluidssignaal.
__353132_2007_StandVentRC_B6.book Seite 58 Dienstag, 26. Januar 2021 1:26 13