1
115
D
e kabel met de buitenunit verbinden (voor TSCS modellen)
1. Een 4,5 meter lange kabel voor de elektrische aansluiting tussen binnen- en buitenunit is meegeleverd
met het apparaat en bevindt zich in de verpakking van de koelleiding.
2. De elektrische kabel wordt geleverd met een elektrische snelkoppeling.
3. De buitenunit is ook uitgerust met een elektrische snelkoppeling.
4. Verwijder het afdekplaatje van het klemmenbord van de buitenunit door de schroef los te draaien.
5. Houd de 2 connectors van de binnenunit vast en klik de bijpassende connector die op de buitenunit zit,
e
rin vast. Zet de kabel met de kabelklem vast op het klemmenbord.
6. Verbind de aarddraad afzonderlijk met de connector op het klemmenbord.
7. De elektrische verbinding is nu gereed.
Fig. 23
Sluit de kabel op de buitenunit aan (voor TS modellen)
(zie fig. 24)
1. Verwijder de afdekking van de elektrische onderdelen van de buitenunit.
2. Sluit de verbindingskabels op de aansluitingen aan volgens de desbetreffende nummers op het aan-
Buitenunit
Afdekplaatje
regelmechanisme
Schroef
Buitenunit
C
ontactstop
Naar binnenunit
of
Z
et de kabel vast met een kabelklem
‘click’
WAARSCHUWING
Nadat is voldaan aan bovenstaande voorwaarden, dient de bekabeling als volgt te worden
geprepareerd:
• Breng altijd een afzonderlijk voedingscircuit speciaal voor de airconditioning aan. Raadpleeg
het elektrische schema aan de binnenzijde van de afdekking van de regeling voor informatie
over de juiste bekabelingsmethode.
• De schroeven waarmee de bekabeling is vastgezet in de behuizing van elektrische
aansluitingen kunnen losraken als gevolg van trillingen waaraan de unit tijdens transport is
blootgesteld. Controleer al deze schroeven en zorg ervoor dat ze stevig vastgedraaid zijn. (Bij
loszittende schroeven kunnen de kabels doorbranden.)
• Controleer de specificatie van de voedingsbron.
• Controleer of het geleverde elektrische vermogen voldoende is.
• Zorg ervoor dat de startspanning op meer dan 90 procent wordt gehouden van de nominale
spanning die op het typeplaatje wordt vermeld.
• Controleer of de kabeldikte overeenkomt met de specificatie van de voedingsbron.
• Plaats altijd een aardlekschakelaar.
• Een spanningsdaling kan leiden tot het volgende: trilling van een magneetschakelaar,
waardoor het contactpunt beschadigd raakt, de zekering doorbrandt en de normale werking
van de overstroombeveiliging wordt verstoord.
• De vaste bekabeling moet zijn voorzien van een inrichting om een scheiding van de voeding te
bewerkstelligen, en moet een luchtspleet vormen van ten minste 3 mm in elke actieve
(fase)geleider.