30
Instructies voor het opsporen van fouten
Fout Oorzaak Verhelpen
Na het inschakelen
brandt er geen LED.
Geen bedrijfsspanning.
Toestel- of voertuigzeke-
ring defect.
Bij aanwezige venster-
schakelaar – het venster
boven de schoorsteen is
geopend.
–
–
–
Accuspanning 12 V controleren, zonodig accu opladen.
Alle elektrische stekkerverbindingen en leidingen
controleren.
Toestelzekering 1,6 A (zie Zekeringen) of voertuigzekering
controleren, zonodig vervangen.
Venster sluiten.
–
–
–
–
Ca. 15 sec. na het inscha-
kelen van de boiler gaat de
rode LED branden.
Gasfles leeg.
Gasfles of snelsluitende
klep in de gastoevoerlei-
ding gesloten.
Verbrandingsluchttoevoer
resp. uitlaatgasafvoer
gesloten.
Accuspanning te laag
< 10,5 V.
–
–
–
–
Gasfles wisselen.
Kleppen openen en gastoevoer controleren.
– Schoorsteenkap verwijderen.
Openingen controleren op verontreinigingen (sneeuwblub-
ber, ijs, bladeren etc.) en deze eventueel verwijderen.
Accu laden!
–
–
–
–
Na een langdurig gebruik
schakelt de boiler naar sto-
ring en gaat de rode LED
branden.
Overtemperatuurbewaking
geactiveerd.
Gasdrukregelaar bevroren.
Butaanaandeel in de
gasfles te hoog.
Accuspanning te laag
< 10,5 V.
–
–
–
–
Voor het ontgrendelen het apparaat uitschakelen – laten
afkoelen – apparaat inschakelen.
Regelaar ontijzingsinstallatie (EisEx) gebruiken.
Propaan gebruiken (met name bij temperaturen beneden
10 °C is butaan niet geschikt voor verwarmen).
Accu laden!
–
–
–
–
Na het inschakelen van de
boiler gaan de groene en
rode LED meteen branden.
Elektronica is defect.– Neem contact op met het Truma-servicecentrum.–
Werking op elektrisch:
Water wordt niet warm.
Werking zonder water;
overtemperatuurbewaking
schakelt verwarmingsele-
ment uit.
– Uitschakelen, 10 minuten wachten, water bijvullen,
inschakelen.
–
Watervoorziening
Extreem lange opwarmtijdtijd Kalkaanslag in het
waterreservoir.
– Ontkalken waterinstallatie (zie Onderhoud).–
Water loopt weg – boiler kan
niet worden gevuld.
Veiligheids-/aftapklep is
open.
– Veiligheids-/aftapklep sluiten.–
Boiler kan niet wor-
den geleegd, hoewel de
veiligheids-/aftapklep
geopend is.
Uit de aftapaansluiting van
de veiligheids-/aftapklep
druppelt water.
Aftapaansluiting van de
veiligheids-/aftapklep
gesloten.
Ventilatieslang afgesloten.
Waterdruk te hoog.
–
–
–
Opening controleren op verontreinigingen (sneeuwblubber,
ijs, bladeren etc.) en deze eventueel verwijderen.
Opening nakijken (zie hierboven).
Slang op kinken controleren en controleren.
Pompdruk controleren (max. 2,8 bar). Bij aansluiting op een
centrale watervoorziening (land- resp. city-aansluiting) moet
een drukregelaar gebruikt worden, deze voorkomt, dat
hogere drukken dan 2,8 bar in de boiler kunnen optreden.
–
–
–
–
Als deze maatregelen niet tot opheffen van de storing leiden, neem dan contact op het Truma servicecentrum.