werking wordt het gascommando ge-
deactiveerd).
02_15
Oil failure
In case of failing oil pressure or oil pres-
sure sensor failure, the bulb and the red
general warning light turn on the instru-
ment panel.
Onregelmatigheid olie
In geval van een onregelmatigheid van
de oliedruk of de sensor van de oliedruk,
meldt het dashboard de onregelmatig-
heid met een ampul en het oplichten van
de rode controlelamp van het algemeen
alarm.
Engine overheating alarm
The engine overheating alarm is activa-
ted when the temperature reaches 115 °
C (239 °F). It is signalled when the gen-
eral red warning light turns on.
Alarm oververhitting van de motor
Het alarm van de overtemperatuur van
de motor wordt geactiveerd wanneer de
temperatuur 115 °C (239 °F) bereikt. Dit
wordt gemeld door het oplichten van de
rode alarmcontrolelamp.
02_16
Electronic control unit disconnected
alarm
In case no connection is detected, the
disconnection icon is displayed on the in-
strument panel and the red general warn-
ing light turns on to signal this condition.
Alarm elektronische centrale niet ver-
bonden
Wanneer de afwezigheid van de verbin-
ding wordt gedetecteerd, meldt het dash-
board de onregelmatigheid door het sym-
bool van het niet verbonden zijn weer te
geven en door het oplichten van de rode
controlelamp van het algemeen alarm.
32