De algemene instellingen voor de SPD-SX PRO configureren (SYSTEM) 
107 
Threshold 
Minimale gevoeligheid van de pads 
Deze instelling bepaalt dat er alleen maar een triggersignaal wordt ontvangen als 
een pad boven een bepaald dynamisch krachtniveau (snelheid) wordt 
aangeslagen.   
U kunt dit gebruiken om te verhinderen dat een pad weerklinkt als gevolg van 
trillingen van andere pads.   
In het volgende voorbeeld zal het signaal van B weerklinken, maar A en C niet. 
 
Controleer dit door de waarde geleidelijk te verhogen terwijl u de pad bespeelt.   
Verlaag deze waarde iets wanneer een zachte slag op de pad geen geluid 
produceert.   
Herhaal dit om de ideale instelling te verkrijgen. 
Curve 
Volumeverandering als reactie op de slagkracht van de pad 
LINEAR, 
Dit is de standaard instelling. Dit zorgt voor de 
meest natuurlijke balans tussen speeldynamiek en 
volumeverandering. 
EXP1, EXP2, 
Een sterke dynamiek zorgt voor een grotere 
verandering in vergelijking met “LINEAR”. 
LOG1, LOG2, 
Zacht spelen zorgt voor een grotere verandering in 
vergelijking met de “LINEAR”-instelling. 
SPLINE, 
Extreme veranderingen als respons op uw 
speeldynamiek. 
LOUD1, LOUD2 
Zeer weinig dynamische respons, waardoor het 
gemakkelijker wordt om een hoog volumeniveau 
aan te houden.   
Als u een drumtrigger als externe pad gebruikt, 
produceren deze instellingen betrouwbare 
 
Head/Rim Adjust 
 (*1) (*2) 
Deze instelling specificeert hoe gemakkelijk het is om een headshot of rimshot te 
spelen. 
Verhoog deze waarde als het randgeluid weerklinkt wanneer u hard op het 
bovenvel slaat.   
Verlaag deze waarde als het bovenvelgeluid weerklinkt wanneer u een open 
rimshot speelt.   
Verlaag deze waarde als het bovenvelgeluid weerklinkt wanneer u zacht een