38
Uitschakelen
De hoofdschakelaar (6) gedurende 3 seconden indrukken.
– Het verbruikerrelais in het toevoerapparaat wordt
gedeactiveerd.
– Controlefuncties worden niet meer uitgevoerd.
– Het display wordt uitgeschakeld.
Noodwerking
Indien de uitschakeling voor onderspanning (spanning
batterij II < 10,8 V, tijdvertraagd met 3 minuten) gereageerd
heeft, kan voor de kortstondige toevoer van de verbruikers
gedurende 3 minuten een noodwerking geactiveerd worden.
Het Check-Panel met de hoofdschakelaar (6) inschakelen.
– De systeemtoestanden worden getoond.
– De controlefuncties worden geactiveerd.
– Het verbruikerrelais in het toevoerapparaat wordt
geactiveerd.
– Het hoofdmenu wordt weergegeven.
Indien een knop ingedrukt wordt – niet de hoofdschakelaar,
wordt de waarschuwing voor onderspanning gedurende
10 seconden helder getoond.
De noodwerking is ook meerdere keren na elkaar moge-
lijk, zolang de batterijspanning > 10,0 V is.
Controlefuncties
De controlefuncties zijn uitsluitend bij een ingeschakeld
Check-Panel actief.
Controle van de niveau
– Controle van het verswaterniveau
Bij een niveau van 25 % wordt een waarschuwing getoond.
25%
– Controle van het afvalwaterniveau
Bij een niveau van 75 % wordt een waarschuwing getoond.
75%
Na eenmalig verlaten met (knoppen 1 – 3) verschijnen de
waarschuwingen niet meer, tot het Check-Panel uit- en
weer ingeschakeld wordt.
To Next Page
Loading...