-accu’s met een vermogenmeter en deze bestaat uit drie
groene LED-lampjes die een aanduiding geven van de hoeveelheid lading
die de accu nogheeft.
U kunt de vermogenmeter activeren door de knop
28
van de
vermogenmeter ingedrukt te houden. Een combinatie van de drie groene
LED-lampjes gaat branden en dat geeft een aanduiding van de hoeveelheid
lading die de accu nog heeft. Wanneer de lading in de accu onder het
bruikbare niveau ligt, gaat de vermogenmeter niet branden en moet de
accu wordenopgeladen.
OPMERKING: De accumeter geeft slechts een indicatie van de hoeveelheid
lading die de accu nog heeft. De meter geeft geen aanwijzingen over de
functionaliteit van het gereedschap en is onderhevig aan schommelingen
afhankelijk van productcomponenten, temperatuur en de toepassing door
deeindgebruiker.
Montage op een werkbank (Afb. B)
1. Er zitten gaten
21
in alle vier de voetjes zodat montage op een
werkbank gemakkelijk is.
Geadviseerd wordt bouten met een diameter van 8 mm en een
lengte van 80 mm te gebruiken. Monteer uw zaag altijd stevig zodat
beweging wordt voorkomen. Voor een betere draagbaarheid kunt u het
gereedschap monteren op een stuk multiplex van een dikte van 12,5
millimeter of meer, wat u vervolgens op uw werkbank kunt klemmen of
kunt meenemen naar andere locaties en daar weer kuntvastklemmen.
2. Wanneer u uw zaag op een stuk multiplex monteert, let er dan vooral
op dat de montageschroeven niet onder uit het hout steken.
Het multiplex moet vlak op het draagvlak rusten. Wanneer u de
zaag op een werkoppervlak klemt, zet de klemmen dan alleen vast
waar de gaten van de montageschroeven zich bevinden. Wanneer
u de klemmen op een ander punt vastzet, zal dat de werking van de
zaagverstoren.
3. Voorkom vastlopen en onnauwkeurige resultaten, let er vooral op dat
het montageoppervlak niet krom of op een andere manier ongelijk is.
Als de zaag heen en weer beweegt op het oppervlak, plaats dan een
dun stuk materiaal onder een voet van de zaag, totdat de zaag stevig op
het montage-oppervlakzit.
Het zaagblad monteren (Afb. A, D, E)
WAARSCHUWING: Beperk het risico van letsel, zet de unit uit en
trek de stekker uit het stopcontact voordat u accessoires plaatst
of verwijdert, voordat u aanpassingen aanbrengt of een andere
opstelling kiest of wanneer u reparaties uitvoert. Controleer
dat de aan/uit-schakelaar in de stand OFF (UIT) staat. Wanneer de
machine per ongeluk wordt gestart, kan dat leiden totletsel.
WAARSCHUWING: De tanden van een nieuw zaagblad zijn zeer
scherp en kunnen gevaarlijkzijn.
WAARSCHUWING:Bedenk dat het zaagblad alleen op de
voorgeschreven manier moet worden vervangen. Gebruik alleen
zaagbladen die worden aangeduid bij Technische Gegevens; Cat.
nr.: Geadviseerd wordt DT4320 tegebruiken.
1. Steek de 6mm inbussleutel
25
in de positie tegenover de zaagas en
houd de sleutel vast (Afb. D).
2. Vergrendel met behulp van de tweede inbussleutel de as, zoals wordt
getoond in AfbeeldingD.
3. Draai de zaagbladbout
6
los door deze naar rechts te draaien. Verwijder
de zaagbladbout en de buitenste flens
5
.
4. Druk op de vrijgavehendel van de onderste beschermkap
2
zodat de
onderste zaagbladbeschermkap
7
omhoog komt en verwijder het
zaagblad
8
.
5. Plaats het nieuwe zaagblad op de binnenste flens
32
en let er daarbij
op dat de tanden van de onderste rand van het zaagblad naar de
langsgeleiding wijzen (weg van de gebruiker).
6. Plaats de buitenste flens
5
weer, en let er daarbij op dat de
locatieogen
36
goed zijn vastgezet, aan iedere zijde van de
motoraséén.
7. Draai de bout van het zaagblad
6
vast door de bout naar links te
draaien terwijl u de 6 mm inbussleutel
25
met uw andere hand
vasthoudt (Afb.D).
AANPASSINGEN
WAARSCHUWING: Beperk het gevaar op ernstig persoonlijk
letsel tot een minimum: zet de machine uit en neem de accu
uit, voordat u een aanpassing uitvoert of hulpstukken of
accessoires verwijdert/installeert. Wanneer de machine per
ongeluk wordt gestart, kan dat leiden totletsel.
Uw verstekzaag is in de fabriek nauwkeurig afgesteld. Als ten gevolge
van het vervoer, van werkzaamheden of een andere oorzaak een nieuwe
afstelling nodig is, volg dan onderstaande stappen voor het afstellen
van uw zaag. Wanneer deze aanpassingen zijn uitgevoerd, zouden zij
nauwkeurig moetenblijven.
De dwarsbalken afstellen voor een Constante
Zaagdiepte (Afb. A, B, F, H)
Het zaagblad moet over de gehele lengte van de tafel op een constante
zaagdiepte zagen en mag niet de vaste tafel aan de achterzijde van de sleuf
of aan de voorzijde van de roterende arm raken. Om dit te bewerkstelligen
moet de dwarsbalken volkomen parallel aan de tafel zijn afgesteld, wanneer
de zaagkop volledig wordtingedrukt.
1. Druk op de vrijgavehendel van de onderste beschermkap
2
(Afb.A).
2. Druk de zaagkop geheel naar de achterste stand en meet de hoogte
van de roterende tafel
14
tot de onderzijde van de buitenste flens
5
(Afb.F).
3. Draai de dwarsvergrendeling van de zaagkop
18
(Afb.B).
4. Houd de zaagkop volledig ingedrukt en duw de kop naar de
uiterstestand.
5. Meet de hoogte die wordt aangeduid in afbeelding F opnieuw. De twee
waarden moeten gelijkzijn.
6. Ga als volgt te werk, als aanpassing nodig is (Afb. H):
a. Draai de borgmoer
37
in de beugel
38
LOS en stel de schroef
39
af, ga in kleine stappen tewerk.
b. Zet de borgmoer
37
VAST.
WAARSCHUWING: Controleer altijd dat het zaagblad de tafel niet
raakt aan de achterzijde van de sleuf of aan voorzijde van de roterende
arm, op de schuine posities van 90° verticaal en 45°. Zet de zaag pas
aan als u dat hebtgecontroleerd!
De langsgeleiding aanpassen (Afb. l)
Draai de vergrendelknop van de schuivende langsgeleiding
9
naar links
los. Verplaats de schuivende langsgeleiding
16
naar een positie waar
het zaagblad deze niet raakt, zet vervolgens de vergrendelknop van de
langsgeleiding vast door deze naar rechts tedraaien.