7.5 Wegen plus/minus
Bijvoorbeeld voor controle van stukgewicht, controle tijdens productie, enz.
De weegschaal met de toets aanzetten en afwachten totdat op display de
waarde „0” verschijnt.
Gegeven gewicht op het wegplateau leggen en met de toets de
weegschaal tot de waarde “0” tarreren. Gegeven gewicht afnemen.
Op het weegplateau de gecontroleerde voorwerpen achtereen stellen, elke afwijking
van gegeven gewicht wordt met respectievelijke waardeteken "+" en "-" afgelezen.
Op dezelfde manier kunnen verpakkingen worden vervaardigd met hetzelfde gewicht,
in overeenstemming met gegeven gewicht.
Terug naar weegmodus na drukken van de toets .
7.6 Samentellen
De weegschaal met de toets aanzetten en afwachten totdat op display de
waarde „0” verschijnt.
Kort de toets drukken. Aantal referentiestuks verschijnt: 5.
Door de toets meermals te drukken is het mogelijk om achtereenvolgende
aantallen referentiestuk af te lezen: 10, 25 en 50.
Op de weegschaal zoveel te tellen elementen leggen als conform ingestelde aantal
referentiestuks vereist is.
Door de toets bevestigen.
De weegschaal is op het ogenblik in optelmodus en telt alle elementen samen die
zich op het weegplateau bevinden.
Door de toets
te drukken wordt de weegschaal terug in weegmodus gezet en
gewicht van samengetelde elementen verschijnt.
Belangrijk: Hoe groter het aantal referentiestuks hoe preciezer het wegen.
Het kleinste te tellen gewicht, zie tabel “Technische gegevens”, na overschrijden
ervan wordt op display symbool "Er 1” afgelezen. Terug naar weegmodus met de
toets .
Tarracontainers kunnen ook tijdens samentellen worden gebruikt. Vóór samentellen
de tarracontainer tarreren met de toets
.
11 CB-BA-nl-0640