EasyManua.ls Logo

Panasonic CZ-CGLSC1 - Page 54

Panasonic CZ-CGLSC1
84 pages
To Next Page IconTo Next Page
To Next Page IconTo Next Page
To Previous Page IconTo Previous Page
To Previous Page IconTo Previous Page
Loading...
54
NEDERLANDS
Plaats voorafgaand aan het starten een schakelkast in de muur waarop de sensor unit bevestigd kan worden.
(Raadpleeg “Benaming van de onderdelen” (p.51) wanneer de schakelkast gekozen wordt.)
Raadpleeg het “Basis aansluitingsdiagram” (p.53) en “Wanneer een Ext. uitgang gebruikt moet worden” om de zoemer van de
sensor unit uit te schakelen of wanneer een Ext. uitgang gemonteerd moet worden.
1
Verwijder de afdekplaat.
2
Op de schakelkast monteren
Plaats de schroevendraaier op het onderstuk van de
behuizing.
Steek de platte schroevendraaier in de klem zoals de
afbeelding toont.
Zet de achterplaat vast op de schakelkast (verstrekt door
klant) die in de muur ingebouwd is.
Controleer of de “
” op de achterplaat bovenaan staat,
zoals onderstaand schema toont.
Voer nu de bedrading door het gat in het midden van de
achterplaat.
Controleer of geen externe krachten op de bedrading
uitgeoefend worden.
*Bij bevestiging met 2 schroeven
Schakelkast
(verstrekt door klant)
Achterplaat
Schroef
(verstrekt door klant)
Duw de platte schroevendraaier naar binnen.
Duw de platte schroevendraaier naar binnen in de
hellende klemmen tot de afdekplaat los komt.
Klem (2 locaties)
Achterplaat
Afdekplaat.
Platte
schroevendraaier
3
Verbind de bedrading van de
afstandsbediening (elektrische bedrading)
4
Monteer de afdekplaat
Verbind de bedrading van de afstandsbediening met het RC
klemmenbord (CN2). Controleer of er geen onnodige bedrading
achtergebleven is in het kastje van de sensor unit, wanneer
de bedrading verbonden is. Raadpleeg “Verbinding met het
klemmenbord” in “Opgelet” voor instructies voor de verbinding.
Raadpleeg “Wanneer een Ext. uitgang gebruikt moet worden”
wanneer een Ext. uitgang gebruikt wordt
Verwijder de beschermlaag. Ongeveer 9 mm
Verwijder de isolatie. Ongeveer 85 mm
Zorg ervoor dat de aansluiting van de
bedrading de in de juiste richting wijst.
RC klemmenbord
(CN2)
Voer de (meegeleverde)
klem door het gat en zet
de bedrading vast.
Klem (meegeleverde)
Afdekplaat
(achterkant)
Achterplaat
(achterkant)
Zorg ervoor dat de draden niet in aanraking komen
met onderdelen op de PCB.
( vast geraakte draden kunnen de PCB
onherstelbaar beschadigen.)
Lijn de klemmen van de afdekplaat uit en lijn
vervolgens de klemmen op de achterplaat uit.
Klem
(2 locaties)
Klem
(2 locaties)
Afdekplaat
Achterplaat
Wanneer een Ext. uitgang gebruikt moet worden
*Doe dit op hetzelfde moment waarop u stap 3 uitvoert
Verwijder de isolatielaag die het
klemmenbord van de Ext. uitgang
bedekt (CN6).
Snij de isolatielaag af.
ߑ
Isolatielaag
Klemmenbord ext.
uitgang(CN6)
Voer de (meegeleverde) klem door het gat in de afdekplaat
om de bedrading vast te zetten.
Verbind de bedrading met het
klemmenbord van de Ext. uitgang
(CN6).
( Controleer of de polariteit (+/-)
correct is alvorens de verbinding
te maken.)
(
+
)
(
-
)
Afdekplaat
(achterkant)
Verwijder de beschermlaag. Ongeveer 9 mm
Verwijder de isolatie. Ongeveer 85 mm
Zorg ervoor dat de aansluiting van de
bedrading de in de juiste richting wijst.
Achterplaat
(achterkant)
Door het
gat leiden
Klem
(meegeleverde)

Table of Contents

Related product manuals