HANDLEIDING VOOR AFWASMACHINES
Pag. 5 van 12
Hfdst. 4 GEBRUIK VAN DE MACHINE
Om de beschrijving van de verschillende functies te vereenvoudigen, wordt vervolgens de indeling van
het bedieningspaneel getoond met de naam van iedere toets of controlelampje en het bijbehorende
nummer. De afbeeldingen waarnaar wordt verwezen, staan aan het begin van de handleiding.
beschrijving van de werking van de machine wordt altijd naar deze nummers en namen verwezen.
4.1
Met verwijzing naar
Fig.1
heeft de vaatwasser een:
1 ON/OFF KNOP 4 INFORMATIEDISPLAY
2 PROGRAMMAKEUZEKNOP 5 TIJDBALK
3 STARTKNOP
4.2
•
Schakel de hoofdschakelaar in, open de kraan
buiten de machine.
•
Controleer dat er genoeg glansmiddel en
vaatwasmiddel in de jerrycans zit.
• Controleer de aanwezigheid va
overloopbeveiliging (indien voorzien).
• Druk op de ON/OFF toets (1)
, zoals hiernaast
schematisch is weergegeven
•
De machine begint automatisch vol te lopen, de
STARTKNOP (3)
knippert. Als de machine klaar
is, wordt de knop groen en gaat de tijdbalk
helemaal branden (
Fig.2
).
4.3 Afwasprogramma
Met verwijzing naar
Fig.3
wordt voor een goede werking van de machine
aangeraden zich aan de
volgende regels te houden:
• Gebruik het juiste rek en vul het zonder het te overbelasten en stapel de vaat niet op. Spoel
altijd eerst voor. Zet geen vaat in de automaat met ingedroogde en harde resten.
• Zet lege bakken omgekeerd in het rek. Zet borden en dergelijke in het ervoor bestemde rek, met de
bovenkant naar voren.