129
Informatie- en waarschuwingssysteem
De warmtebeeldcamera is met een informatie- en
waarschuwingssysteem uitgerust dat op het beeldscherm wordt
weergegeven. Dit systeem is vervolgens beschreven (blz. 3,
afbeelding B).
18
Symbool brandweermodus (EI Mode)
19
Waarschuwing oververhitting
20
Symbool zoom-modus
21
ThermalScan-drempel ("TS >60
o
C") of
kleurenpalet indicatie (CP01...CP06)
22
Dradenkruis
23
Indicatie van de accu-laadstatus
24
Indicatie van de temperatuur
25
Aanwijzing ten aanzien van het uitschakelen
26
"Shutdown" melding
De warmtebeeldcamera beschikt over twee bedrijfsmodi: de normale
modus en de brandweermodus (EI Mode). In de normale modus kan
het warmtebeeld met verschillende kleurenpaletten worden
aangeduid. Nadere informatie zie“Bedieningsmodi” op blz. 134 en
“Kleurenpaletten in de normale modus activeren” op blz. 135.
Symbolen
Symbool brandweermodus (18)
Dit symbool duidt aan dat de brandweermodus actief is.
Waarschuwing oververhitting (19)
Wanneer dit symbool knippert, dan heeft de systeemelektronica de
aanbevolen bedrijfstemperatuurgrenzen overschreden.
Zoom-functie (20)
Dit symbool verschijnt wanneer de zoom-functie actief is.
Indicatie kleurenpaletten (21)
In de normale modus (ThermalScan niet actief) wordt elke
kleurenpalet door een specifieke indicatie (CP 01, CP 02...CP 06)
gesignaleerd. Nadere informatie zie “Kleurenpaletten in de normale
modus activeren” op blz. 135.
OPMERKING
Wanneer dit symbool verschijnt is het aan te raden de camera uit de
hete omgeving weg te brengen.
WAARSCHUWING
Wanneer de warmtebeeldcamera herhaaldelijk of gedurende
langere tijd wordt blootgesteld aan hoge omgevingstemperaturen,
zonder voldoende tijd voor het afkoelen, kan de beeldkwaliteit
worden beperkt, het warmtebeeld gaan verloren of schade
optreden aan de interne componenten.
Om deze reden dient u erop te letten dat er tussen interventies in
omgevingen met hoge temperaturen altijd voldoende tijd is voor het
afkoelen.