49
Submenu geeft de verschillende opties:
Verlaten van het submenu (ga
terug naar het hoofdmenu)
Programma SLOT. Bescherming
van programma’s P3 tot P10 voor
procedures tegen onbedoelde wijziging van:
• lasstromen, up- en downslope,
tiiden
• Schakelfunctie 2T/4T
• Stroom referentie EXT/Intern
• Pulsinstellingen
Het is nog steeds mogelijk om verschillende
programma’s en las- procedures te kiezen.
Programma’s P1 en P2 zijn toegankelijk, en
bieden volledige besturing van de relatieve
parameters. Wanneer de geblokkeerde
knoppen ingedrukt worden of door de
draaiknop op de geblokkeerde parameters
te plaatsen, zal in het display “PG.L.” gaan
knipperen om te herinneren aan de actieve
blokkering.
0 = niet geblokkeerd (huidige instelling)
1 = geblokkeerd
Blokkering besturingsunit
Complete blokkering besturings-
unit. Alle drukknoppen en draaiknop zijn
buiten werking gesteld. Wanneer de ge-
blokkeerde knoppen ingedrukt worden of de
draaiknop wordt verplaatst, zal in het display
“PA.L.” knipperen om te herinneren aan de
actieve blokkering.
0 = niet geblokkeerd (huidige instelling)
1 = geblokkeerd
2-takt optie via toortsschakelaar
Geeft de mogelijkheid op 2
manieren opnieuw in te schakelen tijdens de
downslope. Voor gedetailleerde om-
schrijving van het gedrag zie het volgende
diagram.
0 = Meteen terug naar lastroom (huidig)
1 = Terug naar de lasstroom naar upslope.
4-takt optie via toortsschakelaar
Geeft de mogelijkheid om wanneer
de machine in 4-takt (Lift of HF) staat op 3
verschillende manieren de toortsschakelaar
te bedienen. Voor gede-tailleerde om-
schrijving van de verschillende mogelijk-
heden zie de volgende diagram-men. Maak
een keuze uit de nummers 0...2 (1=huidige
instelling).
Dynamic Oxide Control
0 = uitgeschakeld
1 = ingeschakeld (huidige instelling)
Afstandsbediening (optie)
Afhankelijk van het soort afstands-
bediening aangesloten op de 8-polige
stekker (optie) kan dit op 4 verschillende
manieren.
Lasstroom kan bestuurd worden door vorige
instelling, of op MAX.
Externe referentiespanning kan 0-10V of 0-
5V zijn (Voorwaarden 2 & 3 laten lagere
resolutie zien)
0 = 0-10V Æ Imin to I
SET
(default)
1 = 0-10V Æ Imin to I
MAX
2 = 0-5V Æ Imin to I
SET
(default)
3 = 0-5V Æ Imin to I
MAX
Alle bovengenoemde instellingen worden niet
gewijzigd bij een Reset.