4746
NL
Zaag voor algemeen gebruik
op 20V Li-Ionbatterij
Instelling van werkmodus
In positie I werkt de machine als
figuurzaag.
In positie II werkt de machine
als reciprozaag.
OPMERKING: Selecteer het
blad dat het best geschikt
is voor de werkmodus voor
betere zaagprestaties (speciaal
reciproceerzaagblad niet
meegeleverd).
WAARSCHUWING!
• Om afknellen te voorkomen,
houdt u, bij het veranderen van de
positie, uw handen uit de buurt van
het scharnier.
• Om te voorkomen dat de
machine onbedoeld wordt
ingeschakeld, houdt u uw
handen uit de buurt van de knop
die de inschakelknop blokkeert.
• Let er vóór gebruik op dat de
draaibare ontkoppelknop in de
positie vergrendeld is.
Zie afb. B1 - C4
MONTAGE
Zaagblad wisselen
Als u de decoupeerzaagstand
gebruikt, wijzen de tanden
naar buiten, zoals getoond
wordt in Fig. D1; als de
reciprookzaagstand gebruikt
wordt, moeten de tanden staan
zoals op Fig. D3 te zien is.
LET OP: Houd uw
handen uit de buurt van
de knop die de inschakelknop
blokkeert, zodat de machine niet
onbedoeld wordt ingeschakeld
terwijl u een instelling verandert
of een hulpmiddel monteert of
verwijdert.
Zie afb. D1-D3
BEDIENING
WAARSCHUWING: Verbrandingsgevaar.
Raak het zaagblad direct na gebruik niet aan.
Aanraken van het zaagblad kan persoonlijk letsel
veroorzaken.
Veiligheids-aan/uitschakelaar
OPMERKING: Om
veiligheidsredenen kan de aan/
uitschakelaar van de machine
niet worden vergrendeld,
maar moet tijdens het gebruik
voortdurend ingedrukt blijven.
Zie afb. E
Slingerfunctie Zie afb. F1, F2
Doorslijpen
WAARSCHUWING!
• Houd de draaiknop
niet vast terwijl u de machine
gebruikt.
• Houd de motorkap niet vast
terwijl u de machine gebruikt.
Gebruik een zaagblad dat
geschikt is voor het materiaal
dat en de materiaaldikte
die gezaagd moet worden.
Voordat u enig materiaal snijdt,
zorgt u ervoor dat het stevig
verankerd of vastgeklemd is, om
wegglijden te voorkomen. Houdt
u het werkstuk met de hand vast
of tegen uw lichaam, dan is het
instabiel en kunt u de controle
over het werkstuk verliezen.
• Zo mogelijk moet de voetplaat
stevig tegen het materiaal
worden gehouden. Hierdoor
verhindert u de kans dat de zaag
opspringt en trilt en vermindert
u de kans dat het zaagblad
breekt.
Zie afb. G1 – G3
LED-Verlichting Zie afb. H
TIPS VOOR HET WERKEN
MET UW APPARAAT
Wordt de machine te heet, laat hem dan 2 à 3 minuten
onbelast draaien om de motor af te koelen. Vermijd
langdurig gebruik op zeer lage snelheden.
Elke beweging van het materiaal kan de kwaliteit van
de snede beïnvloeden. Het zaagblad zaagt met een
opwaartse beweging en kan het bovenste oppervlak
van de randen van het werkobject versplinteren bij het
zagen.
Zorg ervoor dat het bovenste oppervlak niet zichtbaar
is als u klaar bent.
ONDERHOUD
Uw gereedschap vereist geen smering of
onderhoud.
Dit gereedschap bevat geen onderdelen die door de
gebruiker dienen te worden onderhouden. Gebruik
nooit water of chemische reinigingsmiddelen voor
het schoonmaken van uw elektrische gereedschap.
Veeg schoon met een droge doek. Bewaar uw
elektrische gereedschap altijd op een droge plaats.
Houd de ventilatieopeningen van de motor schoon.
Houd alle bedieningselementen vrij van stof. Af
en toe ziet u vonken in de ventilatiegleuven. Dit is
normaal en zal uw gereedschap niet beschadigen.