Artsenhandleiding
91098825-02 308 van 337
2. Ga heen en weer met P of tot het gewenste programma is gemarkeerd.
3. Druk op ▲ om het programma te activeren.
Wanneer u een programma hebt geselecteerd en geactiveerd, wordt het niveauscherm
opnieuw weergegeven op de afstandsbediening.
Programma's wijzigen en opslaan
1. Druk zo vaak als nodig in het niveauscherm op P om naar het gewenste
programma te gaan.
Opmerking: Het laatst gebruikte of opgeslagen programma is onderstreept(_).
Lege programmaregels worden aangegeven met een leeg vakje zonder
programmanummer []. Als een patiënt een leeg programma probeert te
activeren, gebeurt er niets.
2. Druk op ▲ om het geselecteerde programma te activeren.
3. In het niveauscherm van de afstandsbediening kunt u de amplitude van alle
gebieden in het programma wijzigen.
4. Om wijzigingen op te slaan, selecteert u het programma opnieuw en drukt u op
▼. U moet de aanpassing eerst bevestigen.
5. Druk op P om te bevestigen of druk op de knop om de bewerking te
annuleren.
Opmerking: Om de wijzigingen op te slaan als nieuw programma, selecteert u een
lege [] programmaregel en drukt u op ▼ in plaats van het bestaande
programma te overschrijven.