95
8.4 Olie verversen en oliepeil controleren (vóór 
gebruik van het apparaat) (Afb. 9)
Het is beter de motorolie te vervangen wanneer de motor 
op bedrijfstemperatuur is.
 
- Gebruik uitsluitend motorolie 15W40, bij <0 oC: 5W30).
- Plaats de generator op een licht hellende ondergrond 
met de olieaftapplug aan het lage uiteinde.
- Open de olievuldop (nr. 9).
- Open de olieaftapplug (nr. 10) en laat de warme olie in 
een opvangbak lopen.
- Sluit, nadat alle oude olie eruit gelopen is, de 
olieaftapplug en plaats de generator weer op een vlakke 
ondergrond.
- Vul de generator met motorolie tot aan het bovenste 
merkteken op de oliepeilstok.
- Belangrijk: draai de oliepeilstok er niet in om het 
oliepeil te controleren maar steek de peilstok er tot de 
schroefdraad in.
- Voer de oude olie op de juiste wijze af.
8.5 Uitschakeling door oliealarmsysteem
De uitschakeling door het oliealarmsysteem (nr. 11) wordt 
geactiveerd wanneer er zich te weinig olie in de motor 
bevindt. In dit geval kan de motor niet worden gestart of 
schakelt deze automatisch na korte tijd uit. Hij kan niet 
opnieuw worden gestart totdat er motorolie bijgevuld is 
(zie 8.4).
9. Afvoer en recycling
De verpakking beschermt het apparaat tegen 
transportschade. Deze verpakking bestaat uit 
waardevolle onbewerkte materialen en kan daarom 
hergebruikt of gerecycleerd worden.
Het apparaat en de accessoires zijn gemaakt van 
verschillende materialen, zoals metaal en kunststof. 
Defecte onderdelen moeten als bijzonder afval worden 
afgevoerd. Raadpleeg voor informatie uw dealer of het 
gemeentebestuur van uw woonplaats.
10. Transport
Aan de onderstaande voorwaarden moet worden 
voldaan:
• Generator staat uit
• Generator is afgekoeld
• Brandstofkraan (nr. 16) staat in de stand "OFF"
• Ten minste één persoon per transportgreep (nr. 21)
 
ATTENTIE! Mocht het apparaat wegglijden of vallen, dan 
kunnen handen of voeten bekneld of geplet raken.
De generator bij de transportgrepen dragen:
• Licht de generator gelijkmatig op.
• Draag de generator naar de werkplek.
• Zet de generator gelijkmatig op de grond.
De generator met wielen (nr. 17) en handgrepen (nr. 
18) verplaatsen:
• Monteer de wielen en handgrepen (zie paragraaf 6.1 
en 6.3).
• De generator kan gemakkelijk worden verplaatst door 
de handgrepen (nr. 18) omhoog te plaatsen. 
N
L