WAARSCHUWING
■ Buitenstaanders, kinderen en dieren kunnen
de gevaren van de accu niet herkennen en de
gevaren hiervan niet inschatten. Buitenstaan‐
ders, kinderen en dieren kunnen ernstig letsel
oplopen.
►
Buitenstaanders, kinderen en huisdieren op
afstand houden.
► Laat de accu niet zonder toezicht achter.
► Zorg ervoor dat kinderen niet met de accu
kunnen spelen.
■ De accu is niet beschermd tegen alle invloe‐
den van buitenaf. Als de accu blootstaat aan
bepaalde invloeden van buitenaf kan de accu
in brand vliegen, exploderen of onherstelbaar
beschadigd raken. Personen kunnen ernstig
letsel oplopen en er kan materiële schade ont‐
staan.
► De accu tegen hitte en vuur bescher‐
men.
► De accu niet in het vuur werpen.
► De accu niet buiten de aangegeven tempe‐
ratuurgrenzen opladen, gebruiken en
opbergen, 23.6.
► De accu niet onderdompelen in
vloeistoffen.
► De accu bij kleine metalen voorwerpen van‐
daan houden.
► De accu niet blootstellen aan hoge druk.
► De accu niet in de magnetron plaatsen.
► De accu tegen chemicaliën en zouten
beschermen.
4.5.3 Dockingstation en adapter
WAARSCHUWING
■
Buitenstaanders, kinderen en dieren kunnen
de gevaren van het dockingstation en de
adapter niet herkennen en ook niet inschatten.
Buitenstaanders, kinderen en dieren kunnen
ernstig of fataal letsel oplopen.
►
Buitenstaanders, kinderen en huisdieren op
afstand houden.
► Zorg ervoor dat kinderen niet met het doc‐
kingstation of de adapter kunnen spelen.
■ Het dockingstation en de adapter zijn niet
beschermd tegen alle invloeden van buitenaf.
Als het dockingstation of de adapter worden
blootgesteld aan bepaalde invloeden van bui‐
tenaf, kunnen het dockingstation of de adapter
in brand vliegen of exploderen. Personen kun‐
nen ernstig letsel oplopen en er kan materiële
schade ontstaan.
► Gebruik het dockingstation en de adapter
niet in een licht ontvlambare of in een
explosieve omgeving.
►
Gebruik het dockingstation en de adapter
niet buiten de aangegeven temperatuur‐
grenzen en bewaar ze niet buiten die gren‐
zen,
23.6.
►
Haal de adapter voorafgaand aan onweer
of bij kans op blikseminslag van het elektri‐
citeitsnet.
■
Personen kunnen over het dockingstation, de
laadkabel, de adapter of de aansluitkabel
struikelen. Personen kunnen letsel oplopen en
het dockingstation, de laadkabel, de adapter
of de aansluitkabel kunnen worden bescha‐
digd.
►
Plaats het dockingstation en de adapter op
een locatie met goed zicht.
► Leg de aansluitkabel en de laadkabel plat
op de grond.
■ Bij direct zonlicht kan de behuizing van de
adapter zeer heet worden. De gebruiker kan
bij contact hiermee brandwonden oplopen.
► Raak de hete adapter niet aan.
4.6 Veilige staat
4.6.1 Maairobot
De maairobot verkeert in een veilige staat als
aan de volgende voorwaarden is voldaan:
–
De maairobot is onbeschadigd.
–
De bedieningselementen werken en zijn niet
gewijzigd.
–
De messen/klingen zijn correct gemonteerd en
onbeschadigd.
–
Er is origineel STIHL toebehoren voor deze
maairobot gemonteerd.
–
Het toebehoren is correct gemonteerd.
WAARSCHUWING
■
In een niet-veilige toestand kunnen onderde‐
len niet meer naar behoren functioneren en
kunnen veiligheidsvoorzieningen buiten werk‐
ing worden gezet. Personen kunnen ernstig of
dodelijk letsel oplopen.
►
Gebruik een onbeschadigde en correct wer‐
kende maairobot.
► Breng geen wijzigingen aan de maairobot
aan.
► Als het bedieningspaneel niet werkt:
gebruik de maairobot niet.
► Monteer origineel STIHL toebehoren voor
deze maairobot.
Nederlands 4 Veiligheidsinstructies
192 0458-011-9601-A
To Next Page
Loading...
Need help?
General
