Kalibratiecontrole
De spirometer wordt zo gekalibreerd dat deze voor BTPS (Body
Temperature, Barometric Pressure Saturated with water vapour) in
liters meet.
De kalibratie mag niet wijzigen, tenzij de transducer materiële
schade oploopt. Een nieuwe kalibratie van de eenheid is niet
nodig. Om ervoor te zorgen dat de eenheid correct werkt, raden
wij evenwel aan dat u de kalibratie controleert telkens wanneer de
transducer werd losgekoppeld om te reinigen.
Plaats de transducer direct op een
injectiespuit van 3 liter. Probeer
adapterstukken tijdens de kalibratie te
vermijden. Leeg de injectiespuit door het
handvat helemaal in te drukken.
Opmerking: Bij voorkeur heeft u de
transducer alvorens u de kalibratie
controleert gedesinfecteerd of maakt u
tijdens de procedure gebruik van een
MicroGard
®
-lter.
Selecteer ‘Kalibratiecontrole’ uit het
hoofdmenu en selecteer daarna ‘controleer
Kalibratie’.
Vul de injectiespuit door het handvat met
constante snelheid uit te trekken tot de
eindstop is bereikt en leeg de injectiespuit
onmiddellijk daarna volledig. Probeer een
owsnelheid aan te houden waarbij de lijn
binnen de grijze banden op het display
blijft.
Selecteer ‘Verwerp’ om opnieuw te
proberen om een kalibratiecontrole met
de vereiste owsnelheid uit te voeren.
307