INZETTEN
VAN
DE
BATTERIJEN
1. Open
het
deksel van het batterijenvakje (22) door
het
in de richting van de pijl te trekken en op te
lichten.
(lie
fig. 5.)
2. Leg de
twee
batterijen in
het
vakje
met
de polen op
de aangegeven manier.
(lie
fig. 6.)
3. Breng
het
deksel van
het
batterijenvakje (22)
weer
op zijn plaats.
Tips
voor
betere resultaten
* Veeg de batterijen
met
een schone. droge
doek
af
voor u
ze
in de camera inzet.
*
Als
u de camera voor een zekere
tijd
niet gaat
gebruiken. neem dan de batterijen
uit
de camera.
* Bij normaal gebruik
is
de levensduur van de
batterijen ongeveer een jaar.
* Als u de lege batterijen in
het
vuur gooit. kunnen
ze
ontploffen
.
CONTROLEREN
VAN
DE
BATTERIJEN
1. Open de kap (9) geheel.
2. Druk de ontspanknop (7) voorzichtig half in. Als
de
batterijcontrole LED (groen) (14) gaat branden. zijn
de batterijen in orde. Als de
LED niet
gaat
branden.
moeten
de batterijen vervangen
worden
.
(lie
fig. 7.)
-
65-