30 nederlandse
m Electrische aansluiting
De geinstalleerde electromotor is klaar voor gebruik aange-
sloten.
De netaansluiting bij de klant en het gebruikte verleng-
snoer moeten aan de geldige voorschriften voldoen.
Belangrijke opmerking
Bijoverbelastingvandemotorwordtdezeautomatischuit
geschakeld.Naeenafkoelperiode(vantijdtottijdverschil-
lend) kan de motor weer worden ingeschakeld.
Beschadigde electro-aansluitings-kabels
Aan electrische aansluitingskabels ontstaan vaak isola tie-
schaden. Oorzaken zijn:
• Kneuzingen, als de aanslutingskabel door venster of
deur kieren geleid wordt.
• Knikken door onjuiste bevestiging of geleiding van de
aan sluitingskabel.
• Sneeëndooroverdeaansluitingskabelheenterijden.
• Isolatieschadendoorhetuitrukkenuithetstopcontact.
• Scheurendoorverouderingvandeisolatie.
Zulke beschadigde electro-aansluitingskabels mogen niet
gebruikt worden en zijn door de isolatischaden Ievens-
gevaarIijk.
Electrische aansluitingskabels regelmatig op schaden con-
tro leren. Let u er op, dat tijdens het controleren de aan slui -
tingskabel niet op het stroomnet is aangesloten.
Electrische aansluitingskabels moeten aan de voor uw land
geldende bepalingen voldoen.
Wisselstroommotor
• Denetspanningmoetovereenkomenmetdegegevensop
het typeplaatje van de motor.
• Verlengsnoeren moeten bijeen lengte van 25 m een
door snede van 1,5 mm
2
hebben, bij een lengte van meer
dan25mtenminste2,5mm
2
.
• Denetaansluitingheefteenzekeringvan16Atraag.
• Denetaanslutingmoeteenzekeringvanmaximaal16A
hebben.
• Bijdeaansluitingophetnetofbijveranderingvanstand
plaats moet de draairichting worden gecontroleerd; even-
tueel moet de polariteit worden verwisseld.
Aansluitingen en reparaties aan de electrische installatie
mogen alleen door een bevoegd electro-vakman worden
uitgevoerd.
Bijvragena.u.b.devolgendegegevensaangeven:
• fabrikantvandemotor
• stroomsoortvandemotor
• gegevensvanhettypeplaatjevandemachine
• gegevensvanhettypeplaatjevandeschakelaar
Bijhetterugzendenvandemotoraltijddevolledigeaan-
drijvingseenheid met schakelaar opsturen.
Onderhoud
Waarschuwing: Gebruik uitsluitend originele onderdelen
vooronderhoud/service.
Trek de netstekker er uit voor iedere ingreep in de slijp-
machine.
Algemene waarschuwingsaanwijzingen
Naiedereinzetmoetdeslijpmachinezorgvuldiggereinigd
worden.Allebewegendeonderdelenregelmatigoliën.Olie
de werktafel voor het werk licht in, daardoor vergemak-
kelijkt u het reinigen van de werktafel (zie ook glijspray en
harsverwijderaar).
Motorbehuizing
Indemotorbehuizingkanzichstofverzamelen.Controleer
dit regelmatig (bij voorkeur na iedere inzet) en verwijder
het stof b.v. door wegblazen..
Vervangen van de aandrijfsnaar, fig. 20
• Verwijderde2kruiskopschroeven(1)opderollenbehui-
zing.
• Verwijderdebehuizing.
• Breng de slijpband (L) in de verticale positie (zie g.
16).
• Maakdezeskantstelschroef(2)los.
• Dooroptillenvandemotoras(3)wordtdeaandrijfsnaar
ontspannnen.
• Verwijdernudeoudeaandrijfsnaar(4).
• Spandenieuweaandrijfsnaareerstopdeaandrijfas,en
daarna op de motoras.
• Controleer de aandrijfsnaarspanning door indrukken
met de vingers. De speling moet ca. 6 mm bedragen.
Door middel van dezeskantvastzetschroef (2) kande
speling eventueel fijningesteld worden.
• Draaivervolgensdeaandrijfsnaarschroefvast.
Let op: Te hoge aandrijfsnaar-spanning veroorzaakt lawaai
en motoroverbelasting, te geringe aandrijfsnaar-spanning
voortijdige aandrijfsnaarslijtage en lawaai.
• Bevestigderollenbehuizingvervolgensmetde2kruis-
kopschroeven aan uw slijpmachine.