4. Druk op [#] om de sectie af te sluiten.
OPMERKING: Voor installaties met UL woninginbraak (UL1023), Thuiszorg (UL1637) of ULC
woninginbraak (ULC/ORD-C1023) moet de maximale toezichtsperiode op 24 uur worden ingesteld.
Voor installaties met UL residentiële brand (UL985) wordt de maximale toezichtsperiode ingesteld op
200s.
Voor installaties met UL commerciële inbraak (UL1610/UL365) en ULC residentiële brand (ULC-
S545), moet de maximale toezichtsperiode worden ingesteld op 4 uur.
[804][810] Draadloos optie 1
Om draadloze opties te programmeren:
1. Ga naar de programmeringssectie [804][810].
2. Kies een van de volgende opties door te bladeren of het invoeren van de sneltoets.
Tabel 9: Draadloze opties
01 RF storing
Aan: het systeem kan niet worden ingeschakeld als er een draadloos toe-
zichthoudend probleem bestaat. Er wordt een RF-overtredingsprobleem gege-
nereerd.
Uit: draadloze toezichthoudende problemen zijn geen belemmering voor het inscha-
kelen.
02
Draadloos toe-
zicht/RF-sto-
ringsalarm
Aan: indien er tijdens uitgangsinschakeling een toezichthoudend of sto-
ringsprobleen optreedt, wordt de sirene geactiveerd en de gebeurtenis vastgelegd
en gerapporteerd.
Uit: toezicht of RF-storingsproblemen tijdens uitgangsinschakeling activeren de
sirene niet en worden niet vastgelegd en gerapporteerd.
03
Module
sabot.
Aan: modulesabotage wordt vastgelegd en gerapporteerd.
Uit: modulesabotage wordt niet vastgelegd of gerapporteerd.
04 Brandtoezicht
Aan: brandapparaten worden om de 200 seconden gecontroleerd. Als het apparaat
niet kan rapporteren binnen deze periode wordt er een toezichtprobleem gege-
nereerd.
Uit: brandapparaten volgen de toezichthoudende periode die is geprogrammeerd in
sectie 802, tot een maximum van 18 uur. De toezichtperiode kan worden gepro-
grammeerd met een hogere waarde, maar detectoren gaan nog steeds in storing na
18 uur.
3. Druk op [*] om de selectie te accepteren en [#] om af te sluiten.
[804][841] Programmering visuele verificatie
Om draadloze opties te programmeren:
1. Ga naar de programmeringssectie [804][841].
2. Kies een van de volgende opties door te bladeren of het invoeren van de sneltoets
Tabel 10: Visuele verificatie subsecties
001 Visuele verificatie
Aan: Alarmen activeren beeldvastlegging van PIR-camera's
Uit: Alarmen leiden niet tot het vastleggen van beelden van PIR-came-
ra's
002 Bekijk tijdsperiode
01 Alarm + 5 minuten
02 Alarm + 15 minuten
03 Alarm + 1 uur
003
Bekijk andere alar-
men
01 Brandsleutel ingeschakeld/uitgeschakeld
02 Dwangsleutel ingeschakeld/uitgeschakeld
03 Medische sleutel ingeschakeld/uitgeschakeld
04 Panieksleutel ingeschakeld/uitgeschakeld
[804][901]-[905] Draadloze apparaten wissen
Om draadloze apparaten te verwijderen:
1. Ga naar programmeringssectie [804] en selecteer vervolgens een van de volgende subsecties:
Tabel 11: Modulelabel subsecties
Subsectie Beschrijving
901 Verwijder draadloze zone-apparaten
902 Verwijder draadloze sleutel
903 Verwijder sirenes
904 Verwijder repeaters
905 Verwijder bedienpanelen
2. Selecteer een te verwijderen apparaat met behulp van de navigatietoetsen of ga direct naar een spe-
cifiek apparaat door het invoeren van een sneltoets.
3. Druk op [*] om te verwijderen of [#] om af te sluiten.
[804][921]-[925] Draadloze apparaten vervangen
Gebruik deze optie om een defect apparaat dat is ingeschreven op het systeem te vervangen met een
ander apparaat van hetzelfde type met behoud van de configuratie van het originele apparaat. Het
defecte apparaat hoeft niet te worden verwijderd. Om een draadloos apparaat te vervangen:
1. Ga naar programmeringssectie [804] en selecteer vervolgens een van de volgende subsecties.
Tabel 12: Subsecties apparaat vervangen
Subsectie Beschrijving
921 Draadloze zone-apparaten vervangen
922 Draadloze sleutels vervangen
923 Sirenes vervangen
924 Repeater vervangen
925 Bedienpaneel vervangen
2. Druk op [*] om een subsectie te selecteren. Het eerste beschikbare apparaat wordt weergegeven.
3. Selecteer een te vervangen apparaat met behulp van de navigatietoetsen of ga direct naar een spe-
cifiek apparaat door het invoeren van een sneltoets. Druk op [*]. Wanneer u hierom wordt gevraagd,
activeert u het apparaat (volledige inschrijving) of voert u de apparaat-ID in (voorinschrijving). Er ver-
schijnt een bericht ter bevestiging van de inschrijving.
[804][990][001 – 005] Toon Alle apparaten
Gebruik deze sectie om de draadloze apparaten die zijn ingeschreven op het systeem te bekijken en
serienummers geassocieerd met elk apparaat weer te geven.
Om draadloze apparaatgegevens te bekijken:
1. Ga naar programmeringssectie [804][990] en selecteer vervolgens een van de volgende subsecties:
Tabel 13: Subsecties draadloze apparaten
Subsectie Beschrijvingen
001 Alle zones
002 Herhalers
003 Sirenes
004 Draadloze sleutels
005 Toetsenborden
2. Druk op [*] om een draadloos apparaattype te selecteren. Het eerste beschikbare apparaat wordt
weergegeven.
3. Gebruik de bladertoetsen om de geregistreerde apparaten weer te geven.
OPMERKING: Deze optie wordt niet volledig ondersteund door LED- en ICON-bedienpanelen.
[904] Placement Testing Wireless Devices (LCD keypads only)
Deze test wordt gebruikt om de RF-signaalstatus voor draadloze apparaten te bepalen en kan vanaf een
systeembedienpaneel of op het betreffende apparaat worden uitgevoerd. Deze instructies hebben betrek-
king op het testen vanaf het bedienpaneel. Raadpleeg het installatieblad van de draadloze apparatuur