13
Functies van het apparaat
3. Functie-instelling ijsmakerschakelaar
Wanneer het apparaat wordt ingeschakeld, staat de ijsmaker uit. Als u de ijsmaker wilt gebruiken, 
drukt u in de ontgrendelde status op de toets FUNC. SET en selecteert u de ijsmakerfunctie. Het 
ICE-pictogram gaat knipperen. Druk op de toets FUNC. SET. Het ICE-pictogram wordt getoond 
en de ijsmakerfunctie wordt gebruikt. Opmerking: verwijder al het ijs in de ijsmaker voordat u deze 
uitschakelt, om smelten van ijs te voorkomen.
4. Instelling Super Freeze-functie
De Super Freeze-functie is ontworpen om de voedingswaarde van etenswaren in het vriesvak 
te bewaren en vriest binnen korte tijd het voedsel volledig in. Druk in de ontgrendelde status 
op de toets FUNC. SET en selecteer de Super Freeze-functie. Het S-FRZ.-pictogram gaat 
knipperen. Druk op de toets FUNC. SET. Het S-FRZ.-pictogram wordt getoond en de functie 
wordt geactiveerd. Als u de Super Freeze-functie wilt verlaten, drukt u op de toets FUNC. SET 
en selecteert u de Super Freeze-functie. Het S-FRZ.-pictogram blijft knipperen. Druk op de toets 
FUNC. SET. Het S-FRZ.-pictogram verdwijnt en de functie wordt afgesloten.
Let op
Als u in de Fuzzy-status de Super Freeze-functie selecteert, wordt de Fuzzy-
status automatisch afgesloten. Als u de Fuzzy-functie selecteert in de superkoel- 
of Super Freeze-status, wordt de waarschuwingsstatus voor de Super Freeze-
status automatisch uitgeschakeld.
5. Functie-instelling vergrendelen/ontgrendelen
Druk in de ontgrendelde status op de toets FUNC. SET en selecteer de vergrendelingsfunctie. 
Het LOCK-pictogram gaat knipperen. Druk op de toets FUNC. SET. Het LOCK-pictogram wordt 
weergegeven en de vergrendelingsstatus wordt geactiveerd. Druk wanneer de vergrendelingsstatus 
actief is drie seconden op de toets FUNC. SET. Het LOCK-pictogram verdwijnt en de 
vergrendelingsstatus wordt uitgeschakeld. In de vergrendelingsstatus zijn de functiebedieningen 
voor koeltemperatuur, vriestemperatuur, vakantie, Fuzzy en Super Freeze niet beschikbaar.
6. Temperatuurinstelling en -regeling 
(1) De vriestemperatuur regelen
Druk in ontgrendelde status op de regeltoets voor de temperatuur van het vriesgedeelte. De 
temperatuurinstelling voor het vriesgedeelte gaat knipperen. Ga naar de instellingsstatus voor de 
temperatuur van het vriesgedeelte. Bij elke druk op de toets wordt een temperatuurinstelling getoond 
in cyclische volgorde: "-14, -15, -16, -17,-18,-19, -20, -21, -22". Als er vijf seconden lang niet op een 
toets wordt gedrukt, stopt het knipperen en wordt de huidige temperatuurinstelling bevestigd.