20
Nederlands
Tekstinvoersymbolen
De tekstinvoermodus selecteren
In de tekstinvoermodus kunnen namen, nummers en berichten 
worden ingevoerd.
Selecteer  >Invoermodus in het tekstinvoerscherm en 
selecteer vervolgens een van de volgende functies:
•   Primair—voor het invoeren van alfanumerieke tekens 
•   Numeriek—voor het invoeren van cijfers
•   Symbool—voor het invoeren van symbolen
•   Secundair—voor het invoeren van alfanumerieke tekens. (Deze 
functie is optioneel en moet aan de lijst worden toegevoegd.)
U kunt in het tekstinvoerscherm ook herhaalde malen 
op drukken om van Primair naar Numeriek, Symbool of 
Secundair (indien dit is ingesteld) te gaan.
‘Secundair’ aan de lijst van tekstinvoerfuncties toevoegen
De functie ‘Secundair is handig als u over het algemeen één taal 
gebruikt, maar soms wilt overschakelen naar een andere taal.
Deze functie moet echter eerst aan de lijst worden toegevoegd via
 > Setup invoer.
De standaardinstelling van deze functie is ‘Geen’, waarmee wordt 
aangegeven dat de secundaire invoermodus niet is geselecteerd.
De tekstinvoermodus en taal selecteren
Er zijn twee methodes voor tekstinvoer:
•   TAP—letters, nummers en symbolen worden ingevoerd door een 
of meer keer een alfanumerieke toets in te drukken.
•   iTAP—het apparaat geeft een suggestie voor een woord wanneer 
een alfanumerieke toets wordt ingedrukt.
Beide methoden kunnen gebruikt worden in de talen die 
geprogrammeerd zijn op het apparaat.
Selecteer in het tekstinvoerscherm  > Setup invoer , en kies 
vervolgens de gewenste methode en de gewenste taal 
(bijvoorbeeld: TAP Nederlands).
Hoofdlettergebruik
Druk op  .
M
E
N
U
M
E
N
U
M
E
N
U
6802972C30.book  Seite 20  Montag, 12. Juli 2004  4:11 16