Bosch Denoxtronic Set PC-LD - Denoxtronic 5.X Systemen; Testvoorwaarden

1 689 989 454 2019-08-01| Robert Bosch GmbH
| 106 | 0 986 613 900 | Productbeschrijvingnl
Abb. 3: Aanzicht transportmodule (in ingebouwde toestand)
1 AdBlue-persleiding
2 Behuizing drukzijdig filter
3 Stekker transportmodule
4 Behuizing transportmodule
5 Druksensor met stekker
Het doseerstuurapparaat stemt de doseerhoeveelheid
precies af op belangrijke motorparameters zoals be-
drijfstemperatuur, toerental en belasting, zodat het
stikstofoxide optimaal wordt gereduceerd. Met deze
techniek kunnen de wettelijke grenswaarden voor het
uitlaatgas, tot beter dan de Europese emissienorm
Euro6, worden aangehouden. De software voor het
uitlaatgasnabehandelingssysteem Denoxtronic kan een
eigen besturing hebben of ook in andere besturingen
zijn geïntegreerd. Een eigen doseerstuurapparaat komt
daardoor te vervallen.
3.6.1 Denoxtronic5.x systemen
De uitlaatgasnabehandelingssystemen Denoxtronic5.x
gebruiken 2 pompen (een transportpomp en een zu-
igpomp) in AdBlue-circuit. De druk in AdBlue-circuit
is bovendien niet meer constant, maar variabel. De
transportmodule op AdBlue-tank kan niet worden gede-
monteerd. Daarmee is een afzonderlijke test van trans-
portmodules met adapter 0986613465 (testtank) niet
mogelijk. Alleen het pompelement kan worden vervan-
gen (transportpomp met zuigpomp).
3.7 Testvoorwaarden
voor het uitvoeren van de functietest moet aan de vol-
gende testvoorwaarden zijn voldaan:
R De AdBlue-tank is met zuiver AdBlue gevuld. De Ad-
Blue moet de juiste concentratie hebben. Verdunnen
met water is niet toegestaan en veroorzaakt storin-
gen en defecten. Bovendien mag de AdBlue niet zijn
verouderd (maximaal 1-2jaar afhankelijk van de
voorschriften van de fabrikant).
R De AdBlue in de tank testen met refractometer
0986610511. Verdund of verouderd AdBlue kan
door testen met de refractometer worden aange-
toond. Instelwaarde: 32,5% +/-1,5%. In geval van
twijfel AdBlue-tank vullen met vers AdBlue.
R De AdBlue met olieteststrook 0986610521 op
verontreiniging door dieselbrandstof testen. Indi-
en aanwezig, olieteststrook met de peilstok van
de AdBlue-tank bevochtigen. Wanneer geen peil-
stok aanwezig is, AdBlue met een schone, dunne,
PVC-slang uit de tank nemen. Een verkleuring van
de olie-teststrook toont verontreiniging met die-
selbrandstof of een andere minerale olie aan. Een
zwak positieve reactie volgt al bij 50mg/l diesel-
brandstof in AdBlue. 100mg/l resulteert in een
duidelijke positie indicatie.
R Wanneer de tank is vervormd (samengetrokken)
of stroomt bij het openen vanwege sterke onder-
druk de lucht sissend naar binnen, dan is dit een
indicatie voor een verstopte tankontluchting. Fout
verhelpen.
R Alle testen uitvoeren bij werkplaatstemperatu-
ren van 15°C tot 35°C. Bij lagere temperaturen
wordt de AdBlue door de verwarming in de tank
voorverwarmd. Dit is nodig, omdat het AdBlue een
hoog wateraandeel heeft en dus bevriezingsgevaar
bestaat (vriespunt circa -11°C).
R De weegschaal 0986610838 is gekalibreerd (zie
hoofdstuk4.3). Om de gedoseerde hoeveelheden
met de gespecificeerde toleranties te vergelijken,
is het noodzakelijk, de hoeveelheden met een
weegschaal te wegen.
i De schaal van het meetreservoir 0986610518 is
voor de beoordeling van de gedoseerde hoeveel-
heid niet voldoende!
R De meetinrichting 0986610352 is met schoon
vloeipapier voor de sproeibeeldtest uitgerust.
R De doseermodule is correct op de meetinrichting
0986610352 of het meetreservoir 0986610518
gemonteerd. Adapterring en bevestigingsklem voor
de te testen doseermodule zijn overeenkomstig
het overzicht op de voorlaatste pagina geselec-
teerd.