100
12. Overzicht van de werkingsmodi, instellingen en
aanduidingen op het LCD-beeldscherm
a) Werkingsmodi en instellingen
Voorhetuitvoerenvandevolgendeconguratie-instellingen,raadpleeg““METING”opties-“BASISINSTELLING””on
page96Deconguratie-instellingopdewebsiteuitvoerenp96”.
Modus 1
Functie
Registreren start onmiddellijk
Registreren stopt wanneer geheugen vol is.
Instelling Selecteer “ONMIDDELLIJK TOT GEHEUGEN VOL” als “STARTVOORWAARDE VAN OPNAME”.
Modus 2
Functie
Registreren start onmiddellijk
Registreren stopt wanneer ENTER (7) enkele seconden wordt ingedrukt.
Instelling
Selecteer “ONMIDDELLIJK TOT GEHEUGEN VOL” als “STARTVOORWAARDE VAN OPNAME”.
Selecteer “STOPKNOP” als “STOPWIJZE”
Modus 3
Functie
Registreren start onmiddellijk
Registreren stopt na genereren van PDF-rapport.
Instelling
Selecteer “ONMIDDELLIJK TOT GEHEUGEN VOL” als “STARTVOORWAARDE VAN OPNAME”.
Selecteer “NA MAKEN VAN PDF” als “STOPWIJZE”.
Modus 4
Functie
Registreren start wanneer ENTER (7) enkele seconden wordt ingedrukt.
Registreren stopt wanneer geheugen vol is.
Instelling Selecteer “START BIJ DRUKKEN OP DE KNOP” als “STARTVOORWAARDE VAN OPNAME”.
Modus 5
Functie Registreren start en stopt wanneer ENTER (7) enkele seconden wordt ingedrukt.
Instelling
Selecteer “START BIJ DRUKKEN OP DE KNOP” als “STARTVOORWAARDE VAN OPNAME”.
Selecteer “STOPKNOP” als “STOPWIJZE”
Modus 6
Functie
Registreren start wanneer ENTER (7) enkele seconden wordt ingedrukt.
Registreren stopt na genereren van PDF-rapport.
Instelling
Selecteer “START BIJ DRUKKEN OP DE KNOP” als “STARTVOORWAARDE VAN OPNAME”.
Selecteer “NA MAKEN VAN PDF” als “STOPWIJZE”.