Honeywell
73024521a © Elster GmbH | Alle rechten en wijzigingen voorbehouden
181
Nederlands
3.5 Inbouwpositie en doorstroomrichting
Installeer het meetapparaat bij voorkeur in horizontale positie met het
telwerk naar boven gericht.
De toelaatbare inbouw-/bedrijfsposities van de meter zijn op het
hoofdplaatje conform de volgens DIN EN 12261 aangegeven
benamingen “H”, “V” of “H/V” (H = horizontaal, V = verticaal) aangegeven.
Wanneer bij de bestelling de inbouw- c.q. bedrijfsposities aangegeven
worden, dan worden door de fabriek alle onderdelen overeenkomstig de
inbouwpositie gemonteerd.
In verband met de meetnauwkeurigheid moet de lengte van het inlaatstuk
bij SM-RI-X minstens tweemaal de nominale diameter (2 x DN) zijn.
Het inlaatstuk moet een rechte buis zijn met dezelfde nominale diameter
als de meter.
De lengte van het uitlaatstuk bedraagt minimaal 1 x DN van dezelfde
nominale diameter.
De doorstroomrichting wordt door een pijl op de behuizing weergegeven.
Stromingsstoringen
inlaatstukken
Installatie van een rechte
pijpleiding over een
afstand van 2D voor de
meter
SM-RI-X
Q75
Geringe storingen
- Eenvoudig bochtstuk
- Dubbele bocht
- Diffuser
L ≥ 2D
geen gelijkrichter
L ≥ 5D
Sterke storingen
- Gasdrukregelaar
- Andere restrictie-
elementen
L ≥ 2D
geen gelijkrichter
L ≥ 5D
gelijkrichter
wordt
aanbevolen
Tabel 4 | Inlaatstukken