EasyManua.ls Logo

SDMO BOOSTER 2000 - Page 82

SDMO BOOSTER 2000
Print Icon
To Next Page IconTo Next Page
To Next Page IconTo Next Page
To Previous Page IconTo Previous Page
To Previous Page IconTo Previous Page
Loading...
6/12 Ref. GPAO : 33522111601 Ref. Const. 5490 326 4000
3.5. Plaats van gebruik
Plaats het aggregaat op een effen, horizontaal en voldoende stevig oppervlak zodat het niet in de grond zakt (het
aggregaat mag in geen geval meer dan 10° hellen).
Kies een schone en verluchte plaats met bescherming tegen weer en wind en zorg voor bevoorrading van olie en
benzine in de nabijheid van de plaats waar het aggregaat zal worden gebruikt, met inachtname van een zekere
afstand omwille van de veiligheid.
4. Gebruik van het aggregaat
Gevaar
Zet het stroomaggregaat nooit in werking als de omkasting niet is aangebracht.
Verwijder de omkasting nooit als het stroomaggregaat in werking is
4.1. Startprocedure (figuren A en D)
Controleer of de aardingskabel goed aan de schroef (punt 4, fig. B) is bevestigd.
Zet de start/stopschakelaar (punt 6 , fig. A) in contactstand "I".
Zet de brandstofkraan op "ON" (punt 3, fig. A)
Zet de choke (punt 1, fig. A) in de stand
Neem de handgreep van de trekstarter (punt 2, fig. A) en trek langzaam totdat u een zekere weerstand voelt,
en laat de handgreep dan tegen de trekstarter terugkeren. Neem nogmaals de handgreep van de trekstarter
vast en trek er krachtig en snel aan (desnoods met beide handen). De motor start. Laat de handgreep van de
trekstarter langzaam met de hand tot tegen de trekstarter terugkeren.
Wacht wanneer de motor is gestart totdat hij begint warm te draaien en laat dan de chokehendel langzaam
terugkeren naar de beginpositie.
4.2. Werking
4.2.1 Wisselstroom (figuur E)
Wanneer de snelheid van het aggregaat is gestabiliseerd (circa 3 mn):
Controleren of de bedrijfscontrolelamp brandt
De mannelijke stekker(s) in de vrouwelijke stekker(s) van het aggregaat steken.
4.2.2 Gelijkstroom (figuur F)
De 12 V-gelijkstroom is alleen bestemd voor het laden van accu's van auto's.
OPGELET
Het stroomaggregaat moet stilstaan voordat de elektrische kabels worden aangesloten.
Probeer de automotor niet te starten als het stroomaggregaat op de accu is aangesloten.
Sluit de kabels op de gelijkstroomstopcontacten van het stroomaggregaat aan met inachtneming van de
polariteiten (de + van het aggregaat op de + van de accu en de – van het aggregaat op de – van de accu)
Start het stroomaggregaat om de accu op te laden.
4.3. Stilstand (figuur G)
Waarschuwing
Zelfs nadat het aggregaat is uitgeschakeld blijft de motor nog warmte afgeven.
Het aggregaat moet na stilstand degelijk worden geventileerd.
Zet de start/stopschakelaar op stop О om het stroomaggregaat dringend stil te leggen.
Trek de stekkers uit om de motor gedurende 1 of 2 mn onbelast te laten draaien.
Zet de start/stopschakelaar op stopО en het aggregaat valt stil.
Sluit de brandstofkraan

Table of Contents

Related product manuals