NL
2. Uitpakken & Monteren
51
2.05 Voorwiel
2x inbussleutel 6’ 1 x inbussleutel 5’
2 x inbussleute 6’
Stap 1 : Verwder de
afstandhouder tussen de
remblokken van de rem-
klauw
Verwder de afstandhouder tussen
de remblokken van de remklauw
Om je voorwiel correct in de voor-
vork te plaatsen, moet je eerst de
plastic afstandhouder tussen de
remblokken aan het uiteinde van de
voorvork verwderen. Door deze
afstandhouder te verwderen ont-
staat er ruimte voor de remschf, die
aan je wiel is bevestigd, zodat deze
ertussen past.
Stap 2 : Plaats voorwiel
Draai de bouten in het voorwiel
los met beide inbussleutels 6’. Til
het voorste deel van de ets op en
plaats het voorwiel in de voorvork.
Zorg ervoor, dat de aan het voorwiel
bevestigde remschf correct tussen
de remblokken in de remklauw wordt
geplaatst.
Stap 3 : Bevestig het voor-
wiel en zet het spatbord
vast
Draai de twee bouten aan beide z-
den van de voorvork uiteinden stevig
vast. Gebruik beide inbussleutels 6’
om aan te draaien (15 Nm), en draai
tegelkertd. Plaats het spatbord in
de juiste positie en draai de bouten
vast met de inbussleutel 5’ (8 Nm).
Gebruik de remhendels
niet op het stuur nadat j
de afstandhouder voor de
remblokken hebt verwderd.
Anders zullen de rem-
blokjes tegen elkaar worden
gedrukt zonder dat de
remschf ertussen zit. Als dit
gebeurt, gebruik dan alleen
plastic gereedschap om het
te openen, om schade te
voorkomen.
Raak de remschf niet aan
het oppervlak aan. Vet op
de remschf kan leiden tot
slechte prestaties van jouw
remsysteem. Schfremmen
kunnen gemakkelk worden
schoongemaakt met rem-
schfreiniger en een doek.
Het spatbord moet recht
staan en niet te dicht b het
wiel om geluiden en schade
aan de band te voorkomen.