64
Diagnostik (LED 3 - Fig.9) Sehen Sie auch: Schaltplan Elektronischeinheit 7CH4Q97A (fi g.10a) | Rufen Sie den autorisierten Kundendienst.
NR.
BLINKZAHL
Fehlerbeschreibung
Abhilfe
1 Vorwärts Mikroschalter aktiviert während des Starts. Setzen Sie die Geschwindigkeit auf Null und und öffnen Sie den Vorwärts Mikroschalter.
2 Rückwärts Mikroschalter aktiviert den Startphase. Setzen Sie die Geschwindigkeit auf Null und und öffnen Sie den Rückwärts Mikroschalter.
3 Potentiometer defekt. Prüfen Sie die Kabel Potentiometer.
4 Potentiometer nicht neutral Positionen den Startphase. Drehen Sie das Potentiometer auf Neutralstellung oder wenn es in Neutralstellung ist noch, Einstellen der Potentiometer
5 Thermischer Schutz. Warten Sie einige Minuten und überprüfen Sie den Motorstrom.
6 Stufe Leistung beschädigt. Ersetzen Sie die elektronische Steuereinheit
7 Überstromschutz: Kurzschluss.
Überprüfen Sie die Anschlüsse des Motors: wenn die Verbindungen sind regelmäßige und der Alarm wird wiederholt, Ersatz der
elektronischen Steuereinheit
8 Leistungsicherung oder Relais an Bord beschädigt.
(+Batterie) Extern Sicherungsausfallüberwachung oder Verbindungen: Ersetzen Sie die elektronische Steuereinheit Wenn der Alarm
weiterhin
9 Unterspannung. Prüfen Sie den Ladezustand des Batterien kostenlos.
10 Überspannung. Batteriespannung oberen als 45V: Überprüfen Sie die Batterie.
11 Amperometrische Schutz. Prüfen Sie den Motor arbeiten und aktuellen Parameter “Nennstrom” und “Überlast”.
12 Motor abstellen (Eingabe 6 | Fig.10a). Stoppen und Starten der Elektro-Karte.
13 Abschalten Sequenz erkannt. Prüfen Sie den Schlüsselschalter Verbindungen.
14 E²prom Lesung Scheitern. Prüfen Sie den Kalibrierungen: Wenn der Alarm weiterhin besteht, ersetzen die Elektronische Steuereinheit .
Diagnostic (LED 3 - Fig.9) voir aussi: schéma électrique unité 7CH4Q97A (fi g.10a) | Contacter le service aprés-vente
NR. DE
CLIGNOTE-
MENTS
Descriprition des alarmes Solution
1 Microinterrupteur de marche avant activé au démarrage. Mettre la référence de vitesse sur pos. “0” et ouvrir le microinterrupteur de marche avant.
2
Microinterrupteur de marche arrière activée durant le demar-
rage.
Mettre la référence de vitesse sur pos. “0” et ouvrir le microinterrupteur de arrière.
3 Potentiométre défaut. Vérifi er les cables du potentiométre.
4 potentiomètre n’est pas au point mort durant le demarrage. Mettre le potentiométre en position neutre, si il est déjà sur cette position, régler le potentiomètre.
5 Protection thermique. Attendez quelques minutes et vérifi er les absorptions du moteur.
6 Étage de puissance endommagé. Remplacer l’unité eléctronique.
7 Surintensité de courant: court-circuit. Vérifi er les cables du moteur: si toutes les connexions sont régulières et l’alarme se repète, remplacer l’unité électronique.
8 Fusible de puissance ou relais interieur endommagé. Vérifi er le fusible de +Batterie et le cablage: Remplacer l’unitè électronique si l’alarme continue.
9 Sous-tension. Vérifi er la charge des batteries.
10 Surtension. Tension de batterie superieur de 45V: Vérifi er l’ état des batteries.
11 Protection ampèromètrique. Vérifi er la courant du moteur et eventuellement modifi er les étalonnages ampèromètrique.
12 Moteur déconnecté.(entrée 6 fi g.10a) arrêter et demarrée la carte électrique.
13 Séquence d’arrêt détecté. Vérifi er les cables de l’interrupteur de démarrage.
14 Lecture E²prom n’est pas effectuée. Vérifi er les étalonnages: si l’alarme continue, remplacer l’unité électronique.
Diagnostiek (LED 3 - Fig.9)
Zie ook: het aansluitschema eenheid 7CH4Q97A (fi g.10a) | Neem contact op met een bevoegd servicecentrum.
AANTAL
FLITSEN
Beschrijving van de fout
Verhelpen
1 Vooruit schakelaar geactiveerd in de startfase. Zet de snelheid naar nul en het activeer de vooruit schakelaar
2 Achteruit schakelaar geactiveerd in de startfase. . Zet de snelheid naar nul en het activeer de achteruit schakelaar.
3 Defecte potentiometer Controleer de bekabeling van de potentiometer
4 Potentiometer actief op startfase Verplaats de potentiometer naar de neutrale positie, indien zij in de neutrale positie, draai de potentiometer
5 Thermische beveiliging. Wacht enkele minuten en controleer de motor
6 Vermogensregeling beschadigd . Vervang de elektronische controle-eenheid.
7 Overstroom: kortsluiting. Controleer de bekabeling van de motor: Als de verbindingen goed zijn en het alarm wordt herhaald, vervang de controle-eenheid
8 Hoofdzekering of interne relais beschadigde. Controleer de hoofdzekering (+Batterij) en de bekabeling: Als het alarm blijft bestaan, vervang de elektronische controle-eenheid
9 Onderspanning. Controleer de status van de batterij lading.
10 Overspanning. Batterijspanning hoger dan 45V: Controleer de batterij status.
11 Bescherming tegen overbelasting. Controleer de motorstroom en parameters “nominale stroom” en “overload tijd”.
12 Motor uit te schakelen. (Input 6 | fi g.10a) Stop en start de elektrische kaart
13 Uitschakelsignaal ontdekt. Controleer de aansluiting van de startknop.
14 E²prom-fout. Controleer de instellingen: Als het alarm aanhoudt, vervang de elektronische controle-eenheid.