NL
5110326C_OI-II_Webasto Live 63
7.4 Verificatie aan het
laadstation
De autorisatie voor het starten van het laad-
proces vindt elektronisch plaats met behulp
van de RFID-technologie of direct bij het
steken van de laadkabel in het elektrovoer-
tuig met behulp van de gegevensoverdracht
in de laadkabel volgens ISO15118.
Bij autorisatie door RFID (Radio Frequency
Identification Device) gebruikt men de bijge-
voegde RFID-dongle door deze tegen het
symbool aan het laadstation te plaatsen.
De twee bijgevoegde RFID-dongles zijn
reeds vrijgeschakeld voor de lokale autorisa-
tie op het laadstation. Andere RFID-dongles
kunnen worden toegevoegd of gewist in de
configuratie-interface. (Zie online configura-
tiehandleiding: https://webasto-
charging.com/documentation).
Met de succesvolle RFID-autorisatie duidt
het laadstation dit akoestisch en visueel aan
met het indicatievoorbeeld C6. Zie "Com-
municatietoestanden op pagina 61"
Met de autorisatie via de gegevensverbin-
ding in de laadkabel volgens ISO15118 is
geen RFID nodig. Uiteraard is de voorwaar-
de voor deze methode een ISO15118-com-
patibel elektrovoertuig.
7.5 Andere functies
De andere functies van Webasto Live zoals
lastmanagement, connectiviteit en ISO
15118 worden beschreven in de online con-
figuratiehandleiding op https://webasto-
charging.com/documentation.
8 Transport en opslag
Let bij het transport op het temperatuurbe-
reik voor opslag. Zie Technische gegevens .
Voer het transport uitsluitend uit in een ge-
schikte verpakking.
9 Buitenbedrijfstelling
van het product
Laat de buitenbedrijfstelling uitsluitend door
een elektricien uitvoeren.
u
Koppel het laadstation los van het elektri-
citeitsnet.
u
Elektrische demontage van het laadstati-
on.
u
Verwijdering: zie Verwijdering.
10 Onderhoud, reiniging
en reparatie
10.1 Onderhoud
Laat het onderhoud uitsluitend door een
elektricien uitvoeren overeenkomstig de lo-
kale bepalingen.
10.2 Reiniging
GEVAAR
Hoge spanningen.
Gevaar voor een dodelijke elektrische
schok. Reinig het laadstation niet
met een hogedrukreiniger of een
vergelijkbaar apparaat.
u
Maak de installatie alleen met een droge
doek schoon. Gebruik geen agressieve
reinigingsmiddelen, was of oplosmidde-
len.
10.3 Reparatie
Het is verboden het laadstation zelf te repa-
reren. Als het laadstation uitvalt, moet het
geheel worden vervangen.
Webasto Thermo & Comfort SE behoudt
zich het exclusieve recht voor om reparaties
aan het laadstation uit te voeren.
De enige toegestane reparatie aan het laad-
station is het vervangen van de laadkabel
door een elektricien.
AANWIJZING
Gedurende de tijd dat het laadstati-
on wordt gebruikt, mag de laadkabel
maximaal 4 keer worden vervangen.
11 Verwijdering
Het symbool van een vuilnisbak met
een kruis erdoor betekent dat dit elek-
trische resp. elektronische apparaat
aan het einde van de levensduur niet