Wilo Stratos MAXO - Isoleren; Na de Installatie; 6 Elektrische Aansluiting; Vereisten Voor Het Personeel

nl
84 WILO SE 2019-11
DN65 DN80 DN100
Aandraaimoment
95 Nm 95 Nm 95 Nm
Schroeflengte
≥ 65 mm ≥ 70 mm ≥ 70 mm
Tab.5: Flensbevestiging PN 10 en PN 16
Nooit 2combiflenzen met elkaar verbinden.
5.6 Isoleren
WAARSCHUWING
Heet oppervlak!
De volledig pomp kan zeer heet worden. Bij het ach-
teraf aanbrengen van de isolatie in het lopende be-
drijf bestaat er gevaar voor brandwonden!
LET OP
De in de leveringsomvang begrepen warmte-isola-
tieschalen zijn alleen toegestaan in verwarmings- en
tapwatercirculatie-toepassingen met een medium-
temperatuur >20°C!
Isolatie van de pomp in koel-/klimaatinstallaties
Enkelpompen kunnen voor toepassing in koeling- en airconditio-
ningstoepassingen met de Wilo-koudeisolatie (Wilo-ClimaForm) of
andere gangbare diffusiedichte isolatiematerialen worden geïso-
leerd.
Voor dubbelpompen zijn er geen geprefabriceerde koude-isolatie-
schalen. Hiervoor moeten op locatie gebruikelijke diffusiedichte
isolatiematerialen worden gebruikt.
VOORZICHTIG
Elektrisch defect!
Stijgend condensaat in de motor kan tot een elektrisch defect
leiden.
▪Het pomphuis alleen tot de scheidingsvoeg met de motor isoleren!
▪Condensaatopeningen vrijlaten, zodat in de motor ontstaan con-
densaat ongehinderd kan uitstromen!
➜ fig. 13
5.7 Na de installatie
1. Dichtheid van de leiding-/flensverbindingen controleren.
6 Elektrische aansluiting
6.1 Vereisten voor het personeel
▪Werkzaamheden aan de elektrische installatie: Een elektromonteur
moet werkzaamheden aan de elektrische installatie uitvoeren.