217
NEDERLANDS
[2] Instelling van de functie voor de toewijzing van de vermogensversterker
Maak deze instelling om de vermogensversterker voor het surround-achterkanaal om te schakelen naar Multi-zone2.
1
2
3
4
Selecteer “Multi Zone Control” in het System Setup Menu.
Druk “ENTER” op de jog stick in om het scherm “Multi Zone
Control” weer te geven.
Selecteer “Power Amp Assignment” en druk dan “ENTER” op de jog
stick in.
Selecteer “Surround Back” als surround-
achterkanaal, “Zone2” als multi-zone2 en
druk dan “ENTER” op de jog stick in.
Wanneer “Surround Back”
is geselecteerd
Wanneer “M-ZONE2” is
geselecteerd
3
Voer de instelling in.
Het System Setup Menu verschijnt opnieuw.
De surround-modus die u laatst hebt gebruikt voor de hierna vermelde vier types ingangssignalen wordt in het
geheugen opgeslagen en de volgende keer dat u het signaal invoert, wordt het automatisch met die surround-
modus weergegeven.
Merk op dat de instelling van de surroundstand ook afzonderlijk wordt opgeslagen voor de verschillende
ingangsbronnen.
q Analoge en PCM 2-kanaalssignalen
w 2-kanaalssignalen van Dolby Digital-, DTS- of ander meerkanaalsformaat
e Meerkanaalssignalen van Dolby Digital-, DTS- of ander meerkanaalsformaat
r Multikanaals signalen bij de weergave van een bron met behulp van de EXT.IN-1-, EXT.IN-2- en DENON
LINK-aansluitpunten
Bij de weergave in de PURE DIRECT-modus verandert de surround-modus niet, zelfs niet wanneer het
ingangssignaal verandert.
Instellen van de Auto Surround Mode
1
Selecteer “Auto Surround Mode” op het
scherm System Setup Menu en druk dan
“ENTER” op de jog stick in.
2
Selecteer “ON” als u de automatische surroundstand wilt
gebruiken, “OFF” als u hem niet wilt gebruiken.
• Stel de weergavemethode in voor het analoge ingangssignaal dat is aangesloten op de aansluitingen Ext.In-1
en Ext.In-2
Instellen van de Ext. In Setup
1
Selecteer “Ext.In Setup” in het System Setup Menu.
2
3
Ga naar het scherm Ext.In Setup.
q Kies de ingangsaansluiting. w Ga naar het instelscherm.
4
Selecteer het item dat u wilt instellen (druk de
jog stick omhoog en omlaag) en kies
vervolgens de parameter (druk de jog stick
naar links en naar rechts).
MODE:
DSP: het analoge ingangssignaal wordt omgezet in een digitaal signaal en ondergaat DSP-
verwerking.
De instellingen van de System Setup (luidsprekerconfiguratie, kanaalvertraging, enz.)
worden op dezelfde manier weerspiegeld als voor andere ingangssignalen.
ANALOG: het analoge ingangssignaal wordt weergegeven zonder DSP-verwerking.
SW en middenkanaal: het downmixen gebeurt door het analoge circuit.
Surround- en surround-achterkanalen: niet uitgevoerd als “No” is gekozen in de
luidsprekerconfiguratie. Kanaalvertraging: niet weerspiegeld.
S.Back:
Stel in wanneer MODE is ingesteld op DSP. Kies naar gelang van de specificaties van de gebruikte speler.
Zie tevens de gebruiksaanwijzing van de speler.
NOT USE: kies deze instelling wanneer noch SBL noch SBR is aangesloten.
SB (SBL): kies deze instelling wanneer slechts één surround-achterkanaal (SBL) is aangesloten.
SBL/SBR: kies deze instelling wanneer twee surround-achterkanalen (SBL en SBR) zijn aangesloten.
SW Level:
Kies naar gelang van de specificaties van de gebruikte speler. Zie tevens de gebruiksaanwijzing van de
speler.
+15 dB (standaard) aanbevolen. 0, +5, +10 en +15 dB instelbaar.
INPUT Vol.:
Stel in wanneer MODE is ingesteld op DSP.
Als de OVER LOAD-indicator verschijnt in het display, stelt u het ingangsniveau in tussen 0 en -20 dB