Nulpuntkalibratie
1. Maak de doorstroombaan schoon met 20 ml ethanol (EtOH) met behulp van de spuit en de
connectoren uit de kit met hulpmiddelen.
2. Sluit een cilinder met zuurstofvrijgas (minimaal 99,9% puurheid) aan op het instrument en stel de
stroming in op ca. 100 ml/min.
3. Laat het zuurstofvrije gas gedurende 5 minuten door het instrument lopen.
4. Druk op de Enter-toets om de kalibratie te starten.
5. Wacht tot bij de velden Signaal binnen bereik en Stabiliteit bereikt Ja wordt weergegeven, wat
betekent dat de kalibratie binnen aanvaardbare limieten valt. Bij het veld Kalibratie mogelijk
moet op dit moment ook Ja worden weergegeven. Druk op de Enter-toets om de kalibratie te
voltooien.
6. Accepteer (OK) of weiger (Annuleren) de nieuwe kalibratiegegevens.
Kalibratie bij hogere concentratie
Er zijn drie methodes mogelijk voor kalibratie bij hogere concentratie:
• Met behulp van een referentiegasmengsel (gascilinder)
• Met behulp van een monster met een gekende zuurstofinhoud (referentiemonster)
• Door een door Hach Lange aangeleverde fabrieksparameter op te geven (deze optie is alleen
nodig als de sensorpunt vervangen is)
Als de weergegeven kalibratiemethode niet de gewenste methode is, druk dan op de Enter-toets en
selecteer de gewenste methode uit de drie beschikbare opties in de keuzelijst:
• Fabrieksparameter
• Referentiemonster
• Ref. gasfles
Fabrieksparameter
1. Selecteer Fabrieksparameter in het display Kalibratiemethode.
2. Scroll down naar beneden naar Referentiewaarde en voer de fabrieksparameter in die u vindt op
de verpakking van de LDO-punt (modelnummer DG33218).
3. Scroll naar beneden naar Kalibratie starten en druk op de Enter-toets om de kalibratie te
starten.
4. Accepteer (OK) of weiger (Annuleren) de nieuwe kalibratiegegevens.
Referentiemonster
1. Laat het referentiemonster door het instrument lopen en stel de doorstroom in op circa
150 ml/min.
2. Selecteer Referentiemonster in het display Kalibratiemethode.
3. Scroll naar beneden naar Referentiewaarde en voer de zuurstofwaarde van het monster in.
4. Laat het monster gedurende 5 minuten door het instrument lopen om de meting te stabiliseren.
5. Scroll naar beneden naar Kalibratie starten en druk op de Enter-toets om de kalibratie te
starten.
6. Wacht tot bij de velden Signaal binnen bereik en Stabiliteit bereikt Ja wordt weergegeven, wat
betekent dat de kalibratie binnen aanvaardbare limieten valt. Bij het veld Kalibratie mogelijk
moet op dit moment ook Ja worden weergegeven. Druk op de Enter-toets om de kalibratie te
voltooien.
7. Accepteer (OK) of weiger (Annuleren) de nieuwe kalibratiegegevens.
172
Nederlands