www.scheppach.com
NL
|
91
- Met de linker of rechter hand (naargelang de positie
enkel tot de voorkant van de zaagbladafdekking (4).
-
doorschuiven.
-
zaagblad (3) opnieuw tot stilstand is gekomen.
-
beveiligen tegen neerkantelen! (b.v. afrolstandaard
etc.)
10.1.1 Snijden van smallere werkstukken (afb. 20)
Langssneden van werkstukken met een breedte van
minder dan 120 mm moeten zeker met gebruikmaking
van een schuifstok (9) worden uitgevoerd. Schuifstok is
• Stel de parallelaanslag overeenkomstig de beoogde
werkstuk breedte. (zie 9.4)
• Gebruik het werkstuk met beide handen verschui-
ven, in het gebied van het zaagblad se een schuif-
stok (9) en stuwkracht hulp.
•
m
worden gebruikt.
10.1.2 Uitvoeren van schuine sneden (afb. 21)
Schuine sneden worden principieel uitgevoerd mits ge-
bruikmaking van de parallelaanslag (15).
- Zaagblad op de gewenste hoekmaat afstellen. (zie
9.3)
- Parallelaanslag (15) afstellen naargelang de breedte
en de hoogte van het werkstuk (zie 9.4).
- Snede conform de werkstukbreedte uitvoeren (zie
10.1)
10.2 Uitvoeren van dwarssneden (afb. 22)
- Dwarsaanslag (7) in één van de beide groeven
(31a/b) van de zaagtafel schuiven en op de gewens-
te hoekmaat afstellen (zie 9.5).
Indien het zaagblad (3) bovendien schuin wordt
gesteld, moet die groef (31a) worden gebruikt die
voorkomt dat uw hand en de dwarsaanslag met de
zaagbladafdekking in contact komen.
- Indien aanslagrail gebruiken.
- Werkstuk hard tegen de dwarsaanslag (7) drukken.
- Zaag aanzetten.
- Dwarsaanslag (7) en werkstuk naar het zaagblad
toe schuiven teneinde de snede uit te voeren.
- De dwarsaanslag (7) draaien, tot de gewenste hoek-
de ingestelde hoek aan. (0°-60°)
- Draai de klemschroef (32) weer vast.
- De aanslagrail (34) kan op de dwarsaanslag (7)
worden verschoven. Draai hiervoor de moeren (33)
losser en schuif de aanslagrail (34) in de gewenste
positie. Draai de moeren (34) weer aan.
Let op!
- Schuif de aanslagrail (34) niet te veer in de richting
van het zaagblad.
- De afstand tussen de aanslagrail (34) en het zaag-
blad (3) dient ca. 2 cm te bedragen.
10. Bedrijf
Werkinstructies
Na elke nieuwe afstelling is het aan te raden een
proefsnede uit te voeren om de afgestelde afmetingen
te controleren.
Na het aanzetten van de zaag wachten tot het zaag-
snede uitvoert.
-
veiligen tegen neerkantelen! (b.v. afrolstandaard etc.)
Gebruik het toestel alleen met afzuiging.
Controleer en reinig regelmatig de afzuigkanalen.
Geschiktheid van de zaagbladen:
- 24 tanden: zachte materialen, hoge spaanafname,
- 48 tanden: harde materialen, geringere
10.1 Uitvoeren van langssneden (afb. 19)
-
den. Eén kant van het werkstuk wordt tegen de paral-
-
- Parallelaanslag (15) afstellen naargelang van de
hoogte van het werkstuk en de gewenste breedte
(zie 9.4).
- Zaag aanzetten.
- Handen met gesloten vingers plat op het werkstuk
leggen en het werkstuk langs de parallelaanslag (15)
het zaagblad (3) in schuiven.