194
NL
UAB Amalva behoudt het recht om veranderingen door te voeren zonder dit vooraf kenbaar te maken
C5.1-16-03-v1
Foutmelding Mogelijke oorzaak Te volgen procedure
Extern brandalarm
De brandmeldcentrale heeft een brandmelding aan
de unit doorgegeven.
Na het opheffen van de brandmelding, kunt u de
alarmstatus deleten en de unit opnieuw opstarten
met het bedieningstableau.
Externe stop
Een signaal afkomstig van de externe apparatuur
(zoals een schakelaar, timer of sensor) heeft de
unit uitgeschakeld.
Zodra de externe apparatuur weer uitgeschakeld
wordt, zal de unit terug werken volgens zijn vorige
bedrijfsmodus.
Warmtewisselaar defect
Geblokkeerd of stilstaand warmtewiel, bypass
defect.
Controleer de aandrijving van het warmtewiel.
Vervang indien nodig de aandrijfriem of controleer
de werking van de bypass servomotor en register-
kleppen bij een platenwisselaar.
Warmtewisselaar bevro-
ren
Lage buitentemperaturen en een hoge vochtig-
heidsgraad kunnen aanleiding geven tot bevri-
ezing van een warmtewisselaar.
Controleer de werking van de aandrijving van
het warmtewiel of die van de bypass registerklep
en servomotor bij een platenwisselaar.
Toevoerluchttemperatuur
te laag
De verwarmingselementen zijn defect of de capa-
citeit is ontoereikend.
Controleer de warmwaterbatterijen of elektrische
verwarmingsbatterij.
Toevoerluchttemperatuur
te hoog
De verwarmingselementen worden niet geregeld
wegens een defecte mengklep of contactor.
Controleer de werking van de warmwaterbatterij of
elektrische verwarmingsbatterij.
Elektrische verwarmings-
batterij oververhit
De noodstop van de elektrische verwarmingsbat-
terij is geactiveerd.
Deze veiligheid kan gereset worden met de RE-
SET-schakelaar op de kast van de verwarmings-
batterij.
Luchttemperatuursensor
verdamper defect
De temperatuursensor van de verdamper is niet
aangesloten of defect.
Controleer de verbidningen of, in geval van defect,
vervang de sensor.
Verdamper bevroren
De verdamper is bevroren door een te hoog vocht-
gehalte in de afvoerlucht en lage buitentemperatu-
ren.
Controleer de werking van het ontdooisysteem van
de verdamper.
Hoge druk op compressor
Compressor werkte in overbelastingmodus als
gevolg van een te hoge temperatuur van de con-
densorunit.
Identiceer de oorzaak en verhelp het probleem
Lage druk compressor
De compressor heeft mogelijk een lekkage of
beschikt over te weinig koelmiddel.
Controleer het koelsysteem op defecten en verhelp
ze.
Compressor defect
De aandrijving van de compressor is defect.
Controleer het toevoervoltage van de installatie
zorg ervoor dat die ingeschakeld is.
Toevoerspanning foutief.
Ga na of de toevoerspanning werkt op alle drie
de fases en verwissel zo nodig de posities van de
2-fasige geleider.
Motor compressor defect.
Inspecteer de werking van de compressormotor en
vervang die indien nodig.
Panne aandrijving compressor.
Controleer de werking van de aandrijving van de
compressor en vervang die indien vereist.
Panne aandrijving toevo-
erventilator.
Een foutsignaal is verstuurd door de aandrijving
van de toevoerventilator.
Controleer de aandrijving van de toevoerventilator
en de berichtgeving.
Overbelasting aandrijving
toevoerventilator
De aandrijving van de toevoerventilator is over-
belast
Controleer de aandrijving van de toevoerventilator
en bijhorende koeling.
Motor toevoerventilator
defect
De toevoerventilator is defect.
Ga na wat het probleem is en vervang de toevoer-
ventilator zo nodig.
Overbelasting motor to-
evoerventilator
De toevoerventilator is overbelast.
Ga de toestand na van de toevoerventilator en wees
er zeker van dat de weerstand van het ventilatiesys-
teem niet is overschreden.
Panne aandrijving afvoer-
ventilator
Een foutsignaal is verstuurd door de aandrijving van de
afvoerventilator.
Controleer de aandrijving van de afvoerventilator en
diens berichtgeving
Overbelasting aandrijving
afvoerventilator
De aandrijving van de afvoerventilator is overbe-
last.
Controleer de aandrijving van de afvoerventilator
en bijhorende koeling.
Panne motor afvoerven-
tilator
De afvoerventilator is defect.
Controleer de afvoerventilator en vervang die in-
dien nodig.
Overbelasting motor afvo-
erventilator
De afvoerventilator is overbelast.
Controleer de afvoerventilator en verieer of de
weerstand van het ventilatiesysteem niet oversch-
reden is.
Panne aandrijving warm-
tewiel
Een foutsignaal is verstuurd van de aandrijving van
het warmtewiel.
Controleer de aandrijving van het warmtewiel en
diens berichtgeving.
Overbelasting aandrijving
warmtewiel
De aandrijving van het warmtewiel is overbelast.
Controleer de aandrijving van het warmtewiel en
de bijhorende koeling
Panne motor warmtewiel De motor van het warmtewiel is kapot.
Inspecteer de motor van het warmtewiel en vervang
deze zo nodig.