PD030003 Rev. A 27 MicroVention, Inc.
• Voer het V-Trak
®
plaatsingsduwmechanisme niet op met overmatige kracht. Stel
de oorzaak vast van ongewone weerstand, verwijder het MCS en controleer op
beschadiging.
• Het opvoeren en terugtrekken van het MCS dient langzaam en gelijkmatig
te geschieden. Verwijder het gehele MCS indien er overmatige frictie wordt
waargenomen. Indien er overmatige frictie wordt waargenomen bij een tweede
MCS, moet de microkatheter op beschadiging of knikken worden gecontroleerd.
• Als het instrument moet worden verplaatst, trek de coil en het V-Trak
®
plaatsingsduwmechanisme dan onder doorlichting en met gelijke tred zorgvuldig
terug. Als de coil geen gelijke tred houdt met het V-Trak
®
plaatsingsduwmechanisme
of moeilijk te verplaatsen is, is het mogelijk dat de coil is uitgerekt en kan breken.
Verwijder het gehele instrument voorzichtig en werp het weg.
• Vanwege de kwetsbare aard van MCS-coils, de tortueuze vaatkanalen die naar
bepaalde aneurysmata en bloedvaten leiden en de uiteenlopende morfologie van
intracraniale aneurysmata kan een coil soms uitgerekt worden terwijl ermee wordt
gemanoeuvreerd. Uitrekken kan een voorbode zijn van breuken en migratie van coils.
• Als een coil uit het bloedvat moet worden gehaald na loskoppeling, niet proberen de coil
met een ophaalinstrument zoals een strik in de plaatsingskatheter terug te halen. Dit kan
de coil beschadigen en separatie van het hulpmiddel tot gevolg hebben. Verwijder de
coil, microkatheter en eventueel ophaalinstrument tegelijkertijd uit het bloedvat.
• Indien weerstand wordt ondervonden bij het terugtrekken van een coil die een
scherpe hoek maakt ten opzichte van de tip van de microkatheter, kan worden
voorkomen dat de coil uitrekt of breekt door de distale tip van de katheter
voorzichtig bij of enigszins binnen de uitmonding van het aneurysma te plaatsen.
Zo wordt de coil door het aneurysma en de arterie in de microkatheter teruggeleid.
• Gewoonlijk is het nodig om meerdere MCS-coils te plaatsen om de gewenste
occlusie van bepaalde aneurysmata of laesies tot stand te brengen. Het gewenste
eindpunt van de procedure is angiografische occlusie.
• Het effect op lange termijn van dit product op extravasculair weefsel is niet
vastgesteld; daarom is voorzichtigheid geboden om dit instrument in de
intravasculaire ruimte te houden.
• Zorg er altijd voor dat er ten minste twee MicroVention V-Grip
®
loskoppelregelaars
voorhanden zijn voordat met een MCS-ingreep wordt begonnen.
• De loskoppeling van het MCS mag uitsluitend worden aangedreven door de
MicroVention V-Grip
®
loskoppelregelaar.
• Voer altijd een voerdraad van de juiste maat op door de microkatheter nadat de
coil losgekoppeld en het duwmechanisme verwijderd is om zeker te stellen dat er
geen gedeelte van de coil in de microkatheter achterblijft.
• Leg het V-Trak
®
plaatsingsduwmechanisme NOOIT op een onbekleed metalen
oppervlak.
• Pak het V-Trak
®
plaatsingsduwmechanisme altijd met operatiehandschoenen vast.
• Gebruik het product NOOIT samen met hoogfrequente (HF) apparatuur.
KATHETERISATIE VAN DE LAESIE
1. Zie het diagram van de opstelling.
2. Breng op standaard interventionele wijze een geleidekatheter aan in het
bloedvat. De geleidekatheter moet een binnendiameter hebben die groot genoeg
is om contrastmiddel te kunnen inspuiten terwijl de microkatheter op zijn plaats
zit. Zo is tijdens de ingreep lokalisering onder doorlichting mogelijk.
3. Breng een draaibare hemostaseklep (DHK) aan op het aanzetstuk van de
geleidekatheter. Breng een driewegafsluitkraan aan op de zijarm van de DHK en
sluit vervolgens een lijn aan voor continue infusie van een spoeloplossing.
4. Selecteer een microkatheter met de juiste binnendiameter. Verwijder de
voerdraad nadat de microkatheter binnen de laesie is geplaatst.
5. Breng een tweede DHK aan op het aanzetstuk van de microkatheter. Breng een
eenwegafsluitkraan aan op de zijarm van de tweede DHK en sluit de lijn voor de
spoeloplossing aan op de afsluitkraan.
6. Open de afsluitkraan om de microkatheter met steriele spoeloplossing door
te kunnen spoelen. Sluit vervolgens de kraan. Om het risico van trombo-
embolische complicaties tot een minimum te beperken, is het van essentieel
belang om een constante infusie van een geschikte steriele spoeloplossing in
stand te houden in de geleidekatheter, de femorale huls en de microkatheter.
KEUZE VAN COILMAAT
7. Verricht lokalisering onder doorlichting.
8. Meet en bepaal de grootte van de te behandelen laesie bij benadering.
9. Selecteer coils van de juiste maat.
10. De selectie van de juiste coil verhoogt de doeltreffendheid van het MCS en de
veiligheid van de patiënt. De occlusie-efficiëntie is voor een deel een functie van
mate van opeenpakking en de algehele massa van de coils. Om de optimale
MCS-coil voor een bepaalde laesie te kiezen, dienen de vóór de behandeling
gemaakte angiogrammen te worden bestudeerd. De juiste maat MCS-coil moet
worden gekozen op grond van de angiografische beoordeling van de diameter
van het betreffende bloedvat, de koepel van het aneurysma en de hals van het
aneurysma. Bij het toegang verkrijgen tot aneurysmata mag de diameter van de
eerste en de tweede coil nooit kleiner zijn dan de breedte van de hals van het
aneurysma; anders is de kans dat de coils migreren groter.
HET MCS KLAARMAKEN VOOR PLAATSING
11. Haal de V-Grip
®
loskoppelregelaar uit zijn beschermende verpakking. Trek aan het
witte treklipje aan de zijkant van de loskoppelregelaar. Voer het treklipje af en plaats
de loskoppelregelaar in het steriele veld. De V-Grip
®
loskoppelregelaar is afzonderlijk
verpakt als een steriel instrument. De loskoppeling van de coil mag uitsluitend
worden aangedreven door de MicroVention V-Grip
®
loskoppelregelaar. De
V-Grip
®
loskoppelregelaar mag uitsluitend bij één patiënt worden gebruikt.
De V-Grip
®
loskoppelregelaar mag niet opnieuw worden gesteriliseerd of
anderszins opnieuw worden gebruikt.
12. Verwijder vóór gebruik van het instrument het proximale uiteinde van het
V-Trak
®
plaatsingsduwmechanisme uit de beschermring. Let er op dit uiteinde
van het plaatsingsduwmechanisme niet met vreemde stoffen zoals bloed
of contrastmiddel te verontreinigen. Steek het proximale uiteinde van het
plaatsingsduwmechanisme stevig in het trechtergedeelte van de V-Grip
®
loskoppelregelaar. Druk de loskoppelknop op dit moment niet in.
13. Wacht drie seconden en let op het lichtje op de loskoppelregelaar.
• Als het groene lichtje niet brandt of als een rood lichtje verschijnt, moet het
instrument worden vervangen.
• Als het lichtje groen wordt en vervolgens binnen drie seconden uitgaat, moet
het instrument worden vervangen.
• Als het groene lichtje gedurende drie seconden constant blijft branden, mag
het instrument verder worden gebruikt.
14. Neem het MCS uit de beschermring door aan het proximale uiteinde te trekken
totdat de introducer uit de beschermring tevoorschijn is gekomen.
15. Houd het instrument net distaal van de krimpsluiting en trek de krimpsluiting
proximaal weg zodat het lipje op de introducerhuls vrijkomt.
Proximaal aan krimpsluiting trekken
16. Breng het MCS-implantaat langzaam naar voren uit de introducerhuls en inspecteer
de coil op onregelmatigheden of beschadiging. Als de coil of het V-Trak
®
plaatsingsduwmechanisme beschadigd is, mag het systeem NIET worden
gebruikt.
17. Houd de introducerhuls verticaal en trek de coil voorzichtig ongeveer 1 – 2 cm
terug in de introducerhuls.
HET MCS INBRENGEN EN PLAATSEN
18. Open de DHK op de microkatheter net genoeg om de introducerhuls van het
MCS te kunnen accepteren.
19. Breng de introducerhuls van het MCS in door de DHK. Spoel de introducer door
totdat alle lucht verdreven is en er fysiologisch zout uit het proximale uiteinde
komt.
20. Plaats de distale tip van de introducerhuls bij het distale uiteinde van het
aanzetstuk van de microkatheter en sluit de DHK lichtjes rond de introducerhuls
om de DHK op de introducer vast te zetten.
Draai de DHK niet te strak rond de introducerhuls aan. Indien de DHK te
strak wordt aangebracht, kan het hulpmiddel worden beschadigd.
21. Duw de coil in het lumen van de microkatheter. Zorg dat de coil niet blijft haken op
het verbindingspunt van de introducerhuls en het aanzetstuk van de microkatheter.
22. Duw het MCS door de microkatheter totdat het proximale uiteinde van
het V-Trak
®
plaatsingsduwmechanisme bij het proximale uiteinde van de
introducerhuls komt. Draai de DHK los. Trek de introducerhuls tot net uit de DHK
terug. Sluit de DHK rondom het V-Trak
®
plaatsingsduw mechanisme. Schuif de
introducerhuls volledig van het V-Trak
®
plaatsingsduwmechanisme af. Zorg dat
het plaatsingssysteem niet geknikt raakt.
23. Voer het MCS voorzichtig op totdat het merkteken voor het tevoorschijn
treden van de coil op het proximale uiteinde van het V-Trak
®
plaatsings-
duwmechanisme de DHK op het aanzetstuk van de microkatheter nadert. Op dit
punt moet met doorlichting worden begonnen.
Lipje op
introducerhuls
Proximaal aan
krimpsluiting trekken