10.4 DRUKREGELVENTIEL
Laat het drukregelventiel (1) uitsluitend door
de klantenservice vervangen.
De max. werkdruk moet door de
klantenservice opnieuw worden ingesteld.
1
10.5 ONTLASTINGSVENTIEL
Een defect ontlastingsventiel (1) kan uitsluitend als complete
eenheid worden vervangen.
Alleen de O-ring (2) is als afzonderlijk onderdeel vervangbaar.
10.6 MEMBRAAN VERVANGEN
Schakel het apparaat uit.
Voorafgaand aan alle reparaties: verwijder de
netstekker.
1. Draai de knopbehuizing met het inlaatventiel uit de
materiaaltransportpomp, zie onder 10.2 Inlaatventiel,
punten 1 tot en met 3.
(demontage van de zeskantschroeven is dan makkelijker)
2. Draai de draaiknop van het drukregelventiel helemaal
terug (linksom).
(Aanwijzing: open, terwijl het apparaat nog warm is, kort
de olieafsluitplug (6) om de druk te vereenen en sluit
deze weer.)
3. Draai de zeskantschroeven (pos.1) met een sleutel (19 mm)
uit de drukinzet (2).
4. Verwijder de materiaaltransportpomp (3).
5. Verwijder het inlegstuk (4) en het membraan (5).
6. Gebruik een membraan slechts één keer. Het membraan
moet na demontage altijd worden vervangen.
1
56 4
3 2
7
1
2
To Next Page
Loading...
